U bent hier

Onderneming & Arbo
Nieuwe regels vergoedingen op Prinsjesdag uitgewerkt

Nieuwe regels vergoedingen op Prinsjesdag uitgewerkt

Op Prinsjesdag worden drie sets maatregelen verwacht die gevolgen hebben voor de fiscale behandeling van vergoedingen en verstrekkingen die uw organisatie aan werknemers kan doen.

Naast de nieuwe  tarieven voor de loonbelasting en de sociale premies voor 2019 worden volgende week in de Prinsjesdagstukken naar verwachting een aantal nieuwe plannen uitgewerkt die ingrijpen op de manier waarop uw organisatie omgaat met vergoedingen en verstrekkingen aan werknemers. Het gaat om drie veranderingen.

Versimpelde regels voor fiets van de zaak

Er moeten simpelere regels komen voor privégebruik van de fiets van de zaak. Bij de terbeschikkingstelling van een fiets die een werknemer ook privé gebruikt, moet uw organisatie nu het privégebruik waarderen en als loon behandelen (belast bij de werknemer of ten laste van de vrije ruimte (e-learning)). Deze complexe regel maakt het ter beschikking stellen van een fiets nu niet erg aantrekkelijk. De versimpelde regels voor de fiets moeten per 2020 van kracht worden. Volgens RTL Nieuws staat in het Belastingplan 2019 dat er voor de fiets van de zaak een forfaitaire bijtelling van 7% komt.

Uitwerking regels verkorting 30%-regeling

Ook worden de exacte regels verwacht voor de al eerder aangekondigde verkorting van de looptijd van de 30%-regeling voor ingekomen werknemers. Die fiscale stimuleringsregeling kan nu nog maximaal acht jaar (en soms nog tien jaar) worden toegepast, maar het is de bedoeling dat de gerichte vrijstelling – voor nieuwe en lopende gevallen – wordt beperkt tot vijf jaar. Dit moet per 2019 ingaan.

Kleine aanpassingen aan de werkkostenregeling

Er zitten een aantal kleine aanpassingen aan de werkkostenregeling (WKR) in de pen. Die komen voort uit de evaluatie van de regeling die eerder dit jaar werd gepubliceerd. Verwacht wordt dat:

  • uw organisatie vergoedingen en verstrekkingen waarvoor een gerichte vrijstelling (tools) geldt, niet meer hoeft aan te wijzen als eindheffingsloon;
  • uw organisatie het loonvoordeel van verstrekte maaltijden via een steekproef mag vaststellen in plaats van individueel;
  • er weer een vaste normrente komt om het voordeel van personeelsleningen (tool) te berekenen, in plaats van de marktrente die de werkgever nu zelf moet vaststellen.