OR-commissaris niet altijd goed uit de verf

De ondernemingsraad van een grote bv of nv mag meedenken over de samenstelling van de Raad van Commissarissen (RvC). De OR van zo’n organisatie heeft zelfs een wettelijk voordrachtsrecht. Uit onderzoek van Nationaal Register blijkt echter dat commissarissen die zijn voorgedragen door de OR niet altijd de kwaliteiten hebben die een goede commissaris moet bezitten.

Volgens het onderzoek van Nationaal Register onder 350 commissarissen maakt een goede commissaris nog vóór de kennismaking en benoeming afwegingen die betrekking hebben op de reputatie van de organisatie, op de kwaliteit van de voorzitter van de RvC en op de kwaliteit van de Raad van Bestuur (RvB). Ook kijkt hij daarbij naar de continuïteit van de organisatie. Bij commissarissen die zijn voorgedragen door de ondernemingsraad is hiervan niet altijd sprake. OR’en selecteren kandidaten vooral op basis van het criterium dat zij het bijzondere vertrouwen van de raad en de achterban hebben. Een OR die gebruikmaakt van zijn voordrachtsrecht doet er daarom verstandig aan om vooraf goed bekijken welke meerwaarde de kandidaat-commissaris kan bieden binnen de RvC.

OR mag kandidaten voordragen

Bij grote bv’s en nv’s kan de ondernemingsraad gebruikmaken van zijn voordrachtsrecht voor de RvC. Dat recht houdt in dat de OR een derde van de commissarissen mag aanbevelen. Is het aantal leden van de RvC niet deelbaar door drie, dan moet de OR het voor te dragen aantal naar beneden afronden. In een RvC met vijf commissarissen mag de OR dus één commissaris voordragen. Zo’n voorgedragen commissaris mag worden geweigerd, maar dan behoudt de OR wel het recht om een nieuwe kandidaat voor te dragen.