3.3 Pensioen- en andere financiële regelingen
Als uw bestuurder uw OR voorstellen doet op het gebied van pensioen, de winstdeling of een spaarregeling is het uw taak om allereerst te controleren of de bindende bepalingen die in cao’s en arbeidsvoorwaarden staan, niet worden geschonden. Verder geldt het instemmingsrecht met name voor die punten in een voorstel die verder gaan dan de bestaande afspraken.
Ruimte voor maatwerk
belangen
wensen
Bij de beoordeling van een instemmingsverzoek moet u altijd rekening houden met de persoonlijke belangen van individuele werknemers. Dring er daarom bij uw bestuurder op aan dat er in de regeling ruimte is voor maatwerk, zodat rekening gehouden kan worden met de persoonlijke omstandigheden en wensen van werknemers.
3.3.1 Meebeslissen over het pensioen
Het pensioen is voor elke werknemer een uiterst belangrijke arbeidsvoorwaarde. Bovendien is het bijzonder ingewikkelde materie. En dan wordt ook nog eens het hele pensioenstelsel hervormd. Logisch dus dat u hier als vertegenwoordiger van de werknemers veel tijd in steekt. Volgens artikel 27, lid 1a van de Wet op de ondernemingsraden heeft de OR instemmingsrecht bij regelingen die betrekking hebben op de pensioenovereenkomst. In de praktijk betekent dit dat het instemmingsrecht van kracht is bij:
- het opstellen, wijzigen of intrekken van de pensioenovereenkomst;
- bepalingen uit de uitvoeringsovereenkomst die invloed hebben op de pensioenovereenkomst;
- de keuze om het werknemerspensioen onder te brengen bij een andere uitvoerder.
Ingrijpende veranderingen pensioenstelsel
De invoering van het nieuwe pensioenstelsel is een belangrijk onderwerp voor de ondernemingsraad. De OR heeft namelijk instemmingsrecht (artikel 27, lid 1a WOR) op de invoering of wijziging van regelingen die betrekking hebben op de pensioenovereenkomst. Uw bestuurder moet uw OR daarom betrekken bij de overstap naar de nieuwe pensioenregeling.
sociale partners
De invloed die uw OR kan uitoefenen hangt grotendeels af van wie de pensioenuitvoerder is, oftewel de instelling die het pensioen verzorgt. Dit kan bijvoorbeeld een bedrijfstak- of ondernemingspensioenfonds zijn, of een verzekeringsmaatschappij. Is uw organisatie (vrijwillig of verplicht) aangesloten bij een bedrijfstakpensioenfonds, dan maken de sociale partners de afspraken voor de overstap naar de nieuwe pensioenregeling en heeft uw OR meestal weinig in te brengen. Heeft uw organisatie de pensioenregeling ondergebracht bij een verzekeraar, dan moet uw bestuurder uw OR wel nauw betrekken bij de overstap op de nieuwe pensioenregeling.
Externe adviseur inschakelen
problemen
expertise
Het ingewikkelde pensioenvraagstuk kan zowel uw bestuurder als uw OR voor grote problemen stellen. Uiterlijk op 1 januari 2027 moeten organisaties zijn overgestapt op een pensioenregeling die voldoet aan de regels van het nieuwe pensioenstelsel, zoals vastgelegd in het pensioenakkoord. Om hier als organisatie zo goed mogelijk mee om te gaan, is expertise noodzakelijk. Uw OR doet er daarom verstandig aan om een externe adviseur te raadplegen voor de pensioentransitie. Dit recht heeft u op grond van artikel 16 WOR. Omdat pensioen zo’n complex onderwerp is, is het van belang dat de pensioenadviseur ook de rol van de medezeggenschap goed kent.
Daarnaast kan het instellen van een pensioencommissie uitkomst bieden. Hierin kunnen bijvoorbeeld ook werknemers zitting nemen die geen lid zijn van de OR, maar die wel verstand van pensioenen hebben.
3.3.2 De winstdelingsregeling
beloningssysteem
Bij een winstdelingsregeling krijgen werknemers een extra bedrag uitbetaald dat gekoppeld is aan de gerealiseerde winst. Hoewel het instemmingsrecht op de winstdelingsregeling apart wordt genoemd in artikel 27, lid 1a WOR, is het wel onderdeel van het beloningssysteem in de organisatie. De regeling omschrijft wat winst is, hoe de uitkering wordt bepaald (bijvoorbeeld een percentage van het brutomaandsalaris) en welke voorwaarden gelden. De uitkering is vaak in geld, maar ook aandelen of opties komen voor.
Let er bij de beoordeling van financiële regelingen op dat het werknemersvoordeel in overeenstemming is met de positie van de organisatie. Als bijvoorbeeld de winstdeling blijft steken op een gering bedrag, terwijl de organisatie miljoenen winst maakt, lijken de verhoudingen zoek.
Meer flexibiliteit
De winstdelingsregeling kan bedoeld zijn als directe beloning voor een behaald resultaat, maar kan bijvoorbeeld ook een middel zijn om meer flexibiliteit in de beloning te creëren. Uw OR heeft instemmingsrecht op de berekeningswijze van de winstdelingsregeling, maar niet op de hoogte van de beloning.
Regeling intrekken
intrekken
uitkering
De mogelijkheid bestaat natuurlijk ook dat uw bestuurder, zeker in economisch zware tijden (denk bijvoorbeeld aan de coronacrisis in 2020 en 2021) een winstdelingsregeling juist wil intrekken. In zo’n geval moet uw OR de onderliggende motieven achterhalen. Misschien is een minder rigoureus alternatief ook een optie? Het kan ook helpen om in een dergelijk geval expliciet na te vragen of de winstdelingsregeling van de bestuurders ook wordt ingetrokken – of in ieder geval versoberd. Belonen zij zichzelf in slechte tijden wel met een mooie uitkering, dan hebben ze heel wat uit te leggen aan de OR en werknemers!
OR waakt voor willekeur en vriendjespolitiek
oneerlijkheid
Bij de toepassing van de winstedelingsregeling kunnen willekeur en vriendjespolitiek meespelen. Het is bijvoorbeeld toegestaan om een individueel element in te bouwen, bijvoorbeeld op basis van een beoordeling die een werknemer heeft gekregen. In dat geval heeft een werknemer alleen recht op winstdeling als hij die bijzondere prestatie heeft geleverd. Wees in zo’n geval alert op oneerlijkheid. Het kan zijn dat niet elke functie de mogelijkheid biedt om bijzonder te presteren. De OR controleert dan of er sprake is van een transparante, eerlijke beoordelingssystematiek.