Vakantiebijslag in juni is geen nabetaling
Als uw onderneming de vakantiebijslag eenmaal per jaar uitbetaalt, moet u bij loonbeslag de vakantiebijslag overmaken naar de beslaglegger. Eerder bepaalde de kantonrechter nog dat vakantiebijslag een nabetaling is, die dus deels buiten het beslag kan vallen.
Bij loonbeslag moet uw onderneming vanaf het moment dat het beslag is gelegd alles wat de werknemer méér verdient dan de beslagvrije voet overmaken naar de gerechtsdeurwaarder of overheidsinstantie die het beslag heeft gelegd. Als de werknemer minder verdient dan de beslagvrije voet, wordt er in de praktijk dus niets afgelost.
Kantonrechter vond vakantiebijslag een nabetaling
Alleen in de maand waarin de vakantiebijslag of 13e maand wordt uitgekeerd, zou er in die situatie voor de gerechtsdeurwaarder dan iets te innen zijn. De kantonrechter heeft vorig jaar echter bepaald dat de vakantiebijslag die eens per jaar wordt uitbetaald niet (volledig) onder het beslag valt. Als de vakantiebijslag maandelijks zou worden uitbetaald, zou de werknemer er immers ook iets van overhouden, aangezien zijn loon onder de beslagvrije voet lag. De vakantiebijslag die één keer per jaar wordt uitgekeerd, is dus in feite een nabetaling van een tegoed dat in de loop van het jaar is opgebouwd.
Vakantiebijslag valt toch onder het loonbeslag
De advocaat-generaal van de Hoge Raad heeft naar aanleiding hiervan geconcludeerd dat vakantiebijslag geen nabetaling is en dus – voor zover hij boven de beslagvrije voet van het betreffende loontijdvak uitkomt – volledig aan de gerechtsdeurwaarder kan worden overgemaakt. Dit is ook het geval als het beslag nog niet was gelegd toen de opbouwperiode van de vakantiebijslag begon. Voor de eerdere uitspraak van de kantonrechter heeft dit geen gevolgen, maar dit ‘vonnis in het belang der wet’ zorgt wel voor duidelijkheid voor de toekomst.
Kantonrechter Rotterdam, 8 januari 2013, ECLI (verkort): 5158
Advocaat-generaal Hoge Raad, 14 februari 2014, ECLI (verkort): 71