U bent hier

Onderneming & Salaris
Lage WW-premie straks ook voor kleine studentenbaantjes

Lage WW-premie straks ook voor kleine studentenbaantjes

Voor bijbaantjes van maximaal 12 uur per week gaat voor jongeren per 2020 de lage WW-premie gelden, die verder alleen voor werknemers met een vast dienstverband mag worden toegepast. Dit is bij de behandeling van het voorstel voor de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) in de Tweede Kamer besloten.

De WAB vervangt per 2020 de sectorpremie WW en de premie WW-Awf die werkgevers betalen door een lage WW-premie voor vaste krachten en een hoge bij flexibele arbeid. Bij de behandeling van de WAB in de Tweede Kamer is echter een amendement bij de wet aangenomen dat hier een uitzondering op regelt.

Loonaangifte bevat benodigde gegevens

Flexibele contracten voor jongeren onder de 21 jaar die gemiddeld niet meer dan 12 uur per week werken, vallen straks onder de lage WW-premie. Dit zijn weliswaar flexkrachten, maar kleine studentenbaantjes leveren over het algemeen niet veel instroom in de Werkloosheidswet (WW) op. De betreffende werknemers zitten bovendien meestal helemaal niet op een vast contract te wachten.
Om te controleren of de lage WW-premie terecht is toegepast, kan de Belastingdienst de geboortedatum en de verloonde uren van de werknemer uit de loonaangifte vissen, dus er zijn geen technische aanpassingen nodig om deze uitzondering in te voeren.

Mogelijk tussenpremie voor lange tijdelijke contracten

De Tweede Kamer heeft ook nog een motie aangenomen om te laten onderzoeken of het toevoegen van een derde categorie WW-premie mogelijk is voor langdurige tijdelijke contracten. Het komt namelijk steeds vaker voor dat werkgevers langjarige contracten met werknemers afspreken in combinatie met opleiding en ontwikkeling. Voor die groep zou nu de hoge WW-premie verschuldigd zijn, terwijl de betreffende werknemers wel een bepaalde baanzekerheid hebben.
De WAB is – inclusief het amendement met de regeling voor jongeren en de motie voor het onderzoeken van een extra premiecategorie – aangenomen door de Tweede Kamer. Nu moet de Eerste Kamer zich erover gaan buigen. Als die ook met de wet instemt, moet deze per 1 januari 2020 van kracht worden.