Geen premiekorting na tijdelijk ontslag
Vanaf 1 januari 2016 geldt er een nieuwe regel voor de premiekortingen voor oudere en arbeidsbeperkte werknemers. Premiekorting toepassen voor werknemers die eerder bij de organisatie in dienst zijn geweest, mag dan alleen nog als dit dienstverband minimaal zes maanden geleden is.
De regels voor de premiekorting voor oudere werknemers en voor arbeidsbeperkte werknemers veranderen per 1 januari 2016. Nieuw is een zogenoemde antimisbruikbepaling die ervoor zorgt dat werkgevers geen premiekorting krijgen voor werknemers die in de laatste zes maanden in dienst geweest zijn en die toen niet in aanmerking kwamen voor premiekorting. Een organisatie kan een werknemer die 56 geworden is dus niet ‘even ontslaan’ om hem vervolgens weer in dienst te nemen en te profiteren van de premiekorting ouderen.
De antimisbruikbepaling was in januari al aangekondigd, maar toen was nog onduidelijk welke vorm deze zou krijgen.
Soms wel premiekorting mogelijk na terugkeer
Alleen als een werknemer al in aanmerking kwam voor premiekorting vóór hij uit dienst ging, mag de organisatie premiekorting toepassen als zij de werknemer binnen zes maanden weer in dienst neemt. Dat is bijvoorbeeld het geval als een werkgever een 57-jarige uitkeringsgerechtigde aanneemt (die dus voldoet aan de voorwaarden voor de premiekorting ouderen), hem na een jaar moet ontslaan en hem vervolgens vier maanden later weer in dienst neemt. Van de totale duur van de premiekorting van 36 maanden is dan nog 24 maanden over. Gedurende die termijn mag de werkgever premiekorting toepassen.