Geen gerichte vrijstelling voor fiets van de zaak
In de nota naar aanleiding van verslag Belastingplan 2015 reageert staatssecretaris Wiebes van Financiën op de vragen van de Tweede Kamer over de werkkostenregeling (WKR). Daarin geeft hij aan dat er in elk geval geen aparte vrijstelling komt voor de fiets van de zaak.
In de nota naar aanleiding van verslag Belastingplan 2015 (pdf) gaat Wiebes onder meer in op de vele Kamervragen over het niet voortzetten van de specifieke vrijstelling voor de fiets. Hij benadrukt dat het onder de WKR gewoon mogelijk blijft om onbelast een fiets van de zaak aan werknemers uit te delen. Uw onderneming kan de waarde immers onderbrengen in de vrije ruimte. Daarbij gelden geen voorwaarden, zoals die onder de huidige fietsregeling wel gelden. Er is dus geen maximum als het gaat om de prijs van de fiets, er worden geen voorwaarden gesteld aan het zakelijk gebruik en u mag zelf kiezen hoe vaak uw onderneming een fiets aan een werknemer verstrekt.
Geen onderscheid meer tussen vergoedingen en verstrekkingen
Als u de waarde van een fiets in de vrije ruimte stopt, gaat dit mogelijk wel ten koste van andere verstrekkingen. De vrije ruimte is immers beperkt. Het effect is volgens de staatssecretaris echter dat u in overleg met de werknemers keuzes maakt voor de verstrekkingen vanuit de vrije ruimte. De fiets van de zaak is dan een bewuste keuze.
In 2010 maakte zo’n 20% van de werkgevers gebruik van de fietsregeling, zo bleek eerder uit het rapport Evaluatie Werkkostenregeling van Panteia (pdf). In de meeste gevallen is er dan sprake van een cafetariaregeling waarbij werknemers vanuit hun brutoloon fiscaalvriendelijk een fiets kunnen kopen. Deze werkwijze sluit juist mooi aan op die van de WKR. Door de vrije ruimte heeft u immers meer vrijheid bij het bepalen welke vergoedingen of verstrekkingen u onbelast aan de werknemers wilt geven.
Fietsgebruik stimuleren onder werknemers blijft mogelijk
Daarnaast blijft het onder de WKR mogelijk om fietsgebruik te stimuleren. Dit kan bijvoorbeeld door toe te staan dat de werknemer zijn onbelaste reiskostenvergoeding gebruikt voor de aanschaf van een fiets. Ook kunt u de werknemer voor de aanschaf van een fiets onder de werkkostenregeling nog steeds onbelast een renteloze lening geven.