Controleer de beslagvrije voet bij loonbeslag!
Bij een loonbeslag moet u het leeuwendeel van het loon van de werknemer overmaken naar de rekening van de gerechtsdeurwaarder. Een klein deel mag de werknemer houden. Maar deze beslagvrije voet wordt door de deurwaarder lang niet altijd correct berekend.
Een werknemer op wiens loon beslag wordt gelegd, mag wel een klein deel van zijn loon houden. Deze beslagvrije voet kan hij gebruiken om zijn woning, levensonderhoud en verzekeringen van te betalen. De hoogte van de beslagvrije voet is afhankelijk van de burgerlijke status van de werknemer en het inkomen van zijn eventuele partner. Standaard bedraagt de beslagvrije voet ongeveer 90% van het bijstandsniveau. Bij flinke woonkosten en ziektekosten kan de drempel verhoogd worden, en bij inkomen van de partner verlaagd.
U mag afgaan op de berekening van de deurwaarder
De gerechtsdeurwaarder of invorderingsambtenaar die het beslag legt, moet de beslagvrije voet voor de werknemer berekenen. U mag in principe afgaan op de informatie die u hierover ontvangt. In de praktijk gaat deze berekening nogal eens fout. U toont zich dan ook een goed werkgever als u de beslagvrije voet voor de werknemer narekent. Op internet zijn hiervoor verschillende rekentools te vinden, bijvoorbeeld van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders.