1.1 Wanneer is er sprake van een auto van de zaak?
fysiek
verkapt
Allereerst is het belangrijk om te weten wanneer er fiscaal precies sprake is van een (bestel)auto van de zaak. Dat is namelijk niet alleen het geval als u fysiek een auto ter beschikking stelt aan werknemers, maar ook als uw onderneming (nagenoeg) alle kosten van de eigen auto van de werknemer voor haar rekening neemt. De Belastingdienst ziet dit als een verkapte terbeschikkingstelling.
Voor een fiscale auto van de zaak maakt het niet uit of het een personenauto of een bestel- of serviceauto betreft of in wiens bezit de auto is. De volgende situaties zijn mogelijk:
- De werknemer heeft de beschikking over een auto die het eigendom is van uw onderneming of over een leaseauto die op naam van uw onderneming staat.
- Uw onderneming vergoedt alle kosten, inclusief de afschrijving, van een eigen auto van de werknemer of alle kosten van een door hem zelf gehuurde of geleasete auto.
Zakelijke auto die ook privé wordt gebruikt
loonbijtelling
Het gevolg van een auto van de zaak die de werknemer ook privé gebruikt, is dat er sprake is van loon in natura. De Belastingdienst laat dat privégebruik onbelast voor maximaal vijfhonderd kilometer per jaar, maar daarboven moet u een loonbijtelling voor het privégebruik doen (zie hoofdstuk 2 tot en met 5) en hierover loonheffingen berekenen. Woon-werkkilometers gelden hierbij als zakelijk.
Beslissing
geen oordeel
HR-instrument
Het ter beschikking stellen van een auto van de zaak aan werknemers is een zuiver zakelijke beslissing van uw onderneming. De fiscus velt verder geen oordeel over het nut of de noodzaak noch over de prijs van de auto. De auto van de zaak is dus een ‘gewone’ secundaire arbeidsvoorwaarde. Hierbij kan het ondernemingsbeleid zijn dat alleen werknemers die regelmatig voor hun werk onderweg zijn, een auto ter beschikking krijgen. Maar vaak is de auto ook een HR-instrument en gekoppeld aan het beloningsbeleid, bijvoorbeeld als bonus of om ‘high potentials’ met een auto te verleiden om voor uw onderneming te kiezen. Uw onderneming is fiscaal gezien vrij om iedere werknemer – ongeacht zijn functie of taakstelling – een auto van de zaak toe te kennen. Of de werknemer de auto voor zijn werk gebruikt, is ook niet van belang. Het gaat er alleen om dat hij ‘werkzaamheden voor zijn werkgever verricht’, zo heeft de Hoge Raad gesteld.