Pensioenopbouw gaat omlaag in 2015

De Eerste Kamer is akkoord met het wetsvoorstel voor versobering van de pensioenregelingen via de werkgever. Dit houdt in dat werknemers vanaf 1 januari 2015 minder pensioen kunnen opbouwen. Eén van de maatregelen is dat het opbouwpercentage voor fiscaal vriendelijk pensioensparen zakt van 2,15% naar 1,875%.

Nadat de hervorming van het zogenoemde Witteveenkader voor fiscaal vriendelijk pensioensparen vorig jaar nog niet kon rekenen op een meerderheid in de Eerste Kamer, heeft de ministerraad aanvullende afspraken gemaakt met D66, ChristenUnie en SGP. Die afspraken zijn verwerkt in een aanvulling op het wetsvoorstel, die vervolgens is goedgekeurd door de Tweede Kamer. De aangepaste plannen (pdf) hebben nu ook de goedkeuring van de Eerste Kamer gekregen.

Fiscaalvriendelijke ruimte zakt van 2,15% naar 1,875%

Wat verandert er door de nieuwe wetgeving? In een middelloonregeling kunnen werknemers vanaf 1 januari 2015 over hun inkomen tot € 100.000 maximaal 1,875% belastingvrij opzij zetten voor hun pensioen. Nu is dit nog maximaal 2,15%. Het nieuwe percentage betekent dat een werknemer in 40 jaar werken een pensioen kan bereiken van 75% van het gemiddelde loon. Voor eindloonregelingen gaat een maximumopbouwpercentage van 1,657% gelden. Voor beschikbarepremieregelingen zijn vergelijkbare staffels (pdf) gepubliceerd. Voor dat deel van het inkomen dat boven de € 100.000 ligt, kunnen werknemers vrijwillig bijsparen vanuit hun netto-inkomen.

40 jaar werken voor 70% van het gemiddelde loon

Door de hervorming van de pensioenopbouw realiseert het kabinet in 2015 een bezuiniging van € 3 miljard. In het oorspronkelijke wetsvoorstel ter versobering van de pensioenregelingen via de werkgever stond eerst dat het maximumpercentage voor middelloonregelingen verlaagd zou worden naar 1,75%. In 40 jaar werken zou een werknemer dan een pensioen kunnen bereiken van 70% van zijn gemiddelde loon. Dit was één van de zaken waarmee de Eerste Kamer niet akkoord ging.

Informatieplicht van de pensioenfondsen

Eén van de andere maatregelen in de aanvulling is de verplichting van pensioenfondsen om De Nederlandsche Bank en de deelnemers te informeren over de samenstelling en de hoogte van de pensioenpremie. Deze verplichting moet ervoor zorgen dat de beperking van het Witteveenkader ook echt leidt tot een verlaging van de pensioenpremies.