Grenzen en gedoe bij directe betaling huurkosten
Om rechtstreeks de huisvestingskosten van werknemers uit hun loon aan de verhuurder en de nutsbedrijven te mogen betalen, moeten werkgevers per 1 januari 2017 behoorlijk wat gegevens in hun administratie bewaren.
Werkgevers die rechtstreeks de huur en voorschotten voor nutsvoorzieningen van hun werknemers uit hun loon betalen, moeten per 1 januari 2017 rekening houden met een maximum van 25% van het wettelijk minimumloon. Dat komt door de invoering van de Wet aanpak schijnconstructies (WAS). Voor parttime werknemers geldt het deeltijdminimumloon.
Gegevens voor betaling huur
Voor de rechtstreekse betaling van de huisvestingskosten van een werknemer geldt per 1 januari 2017 dat werkgevers al deze gegevens in hun administratie moeten bewaren:
- een schriftelijke volmacht van de werknemer;
- loonstroken;
- een afschrift van de huurovereenkomst;
- gegevens over de verhuurder;
- zo nodig een bewijs van de certificering van de verhuurder;
- bewijzen van betalingen aan de verhuurder.
Elke keer als een werknemer verhuist, moeten deze gegevens bijgewerkt worden. Werkgevers krijgen dus te maken met behoorlijk wat administratieve rompslomp als zij rechtstreeks de huisvestingskosten van hun werknemers willen betalen.