U bent hier

Onderneming & Personeel
Hof: ook (jeugd-)LIV mogelijk na overname onderneming

Hof: ook (jeugd-)LIV mogelijk na overname onderneming

Het Gerechtshof Amsterdam oordeelde onlangs dat na een overname van een onderneming, de nieuwe werkgever het lage-inkomensvoordeel (LIV) en jeugd-LIV voor een werknemer mag blijven toepassen. Dit sluit aan bij een eerder arrest van de Hoge Raad.

Hoewel het LIV per 1 januari 2025 is komen te vervallen en werkgevers per 2024 ook al afscheid moesten nemen van het jeugd-LIV, kunnen er nog wel rechtszaken spelen over deze personeelssubsidies uit de Wet tegemoetkomingen loondomein (WTL). Dat was onlangs aan de orde bij Gerechtshof Amsterdam, waar een onderneming in 2019 was overgenomen door een andere onderneming. De vraag was of er bij de berekening van de hoogte van het (jeugd-)LIV rekening moest worden gehouden met de overgang van een onderneming.

Vergelijkbare situatie met LKV oudere werknemer

Het hof verwees naar het arrest van de Hoge Raad van mei 2024. Daarin oordeelde de Hoge Raad dat een werkgever het LKV oudere werknemer mocht blijven toepassen na de overgang van een onderneming, mits de maximale termijn nog niet was verlopen. Daarbij bleef de datum van indiensttreding bij de oorspronkelijke werkgever bepalend.
Het hof paste deze redenering ook toe op het LIV en Jeugd-LIV. Daarbij maakte het geen verschil dat deze regelingen geen directe voorganger hadden, zoals het LKV. Maar ook voor de beoordeling of een werknemer in aanmerking komt voor het (jeugd-)LIV, moet je kijken naar de situatie op het moment van indiensttreding bij de oorspronkelijke werkgever. Het hof stelde de WTL-beschikking op een hoger bedrag vast dan de inspecteur had gedaan.  
Overigens wordt het LKV oudere werknemer sinds dit jaar afgebouwd om per 1 januari 2026 ook te vervallen.
Bron: Gerechtshof Amsterdam, 31 oktober 2024 (gepubliceerd op 6 februari 2025), ECLI (verkort): 3380