Hoge WW-premie omdat schriftelijk contract ontbrak
In een recente zaak oordeelde Rechtbank Zeeland-West-Brabant dat een werkgever niet de lage WW-premie mocht toepassen op het loon van een werknemer. Hij had wel een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd, maar deze was nooit schriftelijk vastgelegd. En dat is wel vereist voor toepassing van de lage premie.
Afhankelijk van de situatie moet een werkgever voor de premie van het Algemeen Werkloosheidsfonds (Awf, ook wel WW-premie) uitgaan van het lage of het hoge premiepercentage. Deze percentages verschillen 5%-punt van elkaar. Een werkgever betaalt de lage premie voor een werknemer als:
- er sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd; en
- de arbeidsovereenkomst schriftelijk is vastgelegd; en
- er geen sprake is van een oproepovereenkomst.
Na stilzwijgende verlengingen was het contract voor onbepaalde tijd
Dat de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd schriftelijk moet zijn vastgelegd, is niet zomaar vereist. In een rechtszaak waarin een werknemer na een reeks stilzwijgende verlengingen op grond van de ketenbepaling een contract voor onbepaalde tijd had gekregen, gaf de rechter aan dat de wetgever het schriftelijk vastleggen van arbeidsovereenkomsten – en het bewaren daarvan in personeelsadministratie – bewust onderdeel heeft gemaakt van de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB). Het doel dat de wetgever daarbij voor ogen had, is een goed controleerbaar systeem voor de Belastingdienst, UWV en de werknemer zelf.
Niet-ondertekende verklaring telde niet mee
De werknemer in deze zaak had geen schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Zijn tijdelijke contract was op een gegeven moment omgezet in een vast contract, maar dat was nooit zwart-op-wit gezet. Er was wel een verklaring hierover van de werkgever – voor de aankoop van een eigen woning – maar daarop stond geen handtekening van de werknemer. Dat was voor de rechter dan ook niet voldoende om toepassing van de lage WW-premie toe te staan. Omdat een schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd met de werknemer ontbrak, moest de werkgever over het loon alsnog de hoge WW-premie betalen.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 9 januari 2025, ECLI (verkort): 117