Belastingrente voor VPB is veel te hoog
Belastingplichtigen voor de vennootschapsbelasting (VPB) die belastingrente berekend hebben gekregen op hun aanslag VPB moeten opletten. De rechtbank heeft namelijk aangegeven dat de hoogte van deze rente in strijd is met het evenredigheidsbeginsel en moet worden gesteld op 4%, net zo hoog als het percentage dat destijds van toepassing was voor de andere belastingen zoals de inkomstenbelasting. Dien zo snel mogelijk bezwaar in tegen de aanslag/beschikking!
Een belastingplichtige is belastingrente (artikel) verschuldigd indien als er niet op tijd om een aanslag is gevraagd of er niet op tijd een aangifte is ingediend en er een bedrag aan belasting moet worden betaald. Voor de belastingrente in de VPB gold van 2022 tot 2024 een percentage van 8. Nu is het percentage zelfs 10. Dit tarief is zo hoog omdat dit is gekoppeld aan de wettelijke rente voor handelstransacties. Er is altijd veel kritiek geweest op de hoogte van de belastingrente omdat het percentage niet marktconform is en het percentage voor de andere belastingmiddelen veel lager is (voor 30 juni 2024 4%, van 30 juni -31 december 2024 6% en dit jaar 7,5%). Ook zou het hoge tarief vooral een budgettair doel hebben.
Belastingschuld is geen handelsvordering
Rechtbank Noord-Nederland heeft nu in een zaak waarin het ging om de belastingrente die was berekend op een aanslag VPB van 8% geoordeeld dat de hoogte van deze rente in strijd is met het evenredigheidsbeginsel en op 4% moest worden vastgesteld. Dat percentage was afgelopen jaren van toepassing op de andere belastingmiddelen, zoals de inkomstenbelasting. Het Besluit Belasting- en invorderingsrente moet onverbindend moet worden verklaard, omdat het tarief van de belastingrente in de VPB in redelijkheid niet kon worden gekoppeld aan de wettelijke rente voor handelstransacties (met de ondergrens van 8%). Die rente is namelijk bedoeld voor handelsvorderingen. De rechtbank vond dat een nog niet geformaliseerde belastingschuld geen handelsvordering was. Ook gaf de rechter aan dat zij moeite had om te achterhalen welk doel de wetgever met het hoge tarief voor ogen had. De belastingrenteregeling is gebaseerd op de regeling van de verzuimrente in het bestuursrecht, waardoor het hoge percentage geoorloofd zou zijn. Die verzuimrenteregeling ziet echter op een betalingsverzuim, terwijl de belastingrente wordt berekend bij een aangifteverzuim. De rechtbank vond dit geen rechtvaardiging voor het hanteren van dit hoge percentage. Al deze argumenten afwegend moet volgens de rechtbank de belastingrente worden berekend met het tarief van 4%.
Rechtbank Noord-Nederland, 7 november 2024, ECLI (verkort): 4361
!Het advies is om bezwaar in te dienen tegen de beschikking belastingrente die op de aanslag staat. Bij een definitieve aanslag VPB,moet er binnen zes weken na dagtekening van de aanslag bezwaar worden gedaan.!