Omvang maar óók inhoud van ontslagdossier telt
Als een werkgever een arbeidsovereenkomst niet langer wil voortzetten door een verstoorde werkrelatie, zal de rechter toetsen of er sprake is van een redelijke grond voor beëindiging. Het opgebouwde ontslagdossier is dan relevant.
Een recente uitspraak laat maar weer eens zien dat niet alleen de omvang van een ontslagdossier, maar ook de inhoud van doorslaggevend belang is. Voordat beide partijen bij de rechter kwamen, was al het nodige voorgevallen. De werknemer – met ruim twintig dienstjaren op de teller en op het laatst werkzaam als supervisor – viel uit wegens ziekte en bleef ruim 2,5 jaar ziek. Na zijn herstel begon een zes maanden durend verbetertraject, waarbij hij op een andere locatie als supervisor aan de slag ging. Na zes maanden werd afgesproken om het verbetertraject te verlengen, maar dan op zijn eigen afdeling. Hier bleek zijn team niet warm voor te lopen: zowel de vervangend supervisor als een vijftiental werknemers lieten (anoniem) weten dat zij bezwaar hadden tegen de terugkeer van de betreffende werknemer.
Ontbindingsverzoek bij de rechter
De werkgever diende vervolgens een ontbindingsverzoek in bij de rechter op basis van de ontslaggronden (tool) disfunctioneren (d-grond), verwijtbaar handelen of nalaten (e-grond), een verstoorde arbeidsrelatie (g-grond) en de cumulatiegrond (i-grond), maar dit werd afgewezen. In hoger beroep oordeelde het hof dat voortzetting van het dienstverband wel degelijk van de werkgever gevergd kon worden, en wel om de volgende redenen:
- de lange duur van het dienstverband;
- de goede beoordelingen van het functioneren van de werknemer, tot aan zijn ziekteuitval en de komst van de nieuwe leidinggevende;
- het ontbreken van een verbetertraject op zijn eigen locatie;
- het ontbreken van een ‘goed gesprek’ tussen de werknemer in kwestie en de werknemers die (ruim twee jaar na dato) over zijn wijze van leidinggeven klaagden;
- het voorhanden zijn, dan wel zijn geweest, van diverse vacatures voor de functie van supervisor bij de werkgever;
- het goede functioneren van de werknemer als supervisor op de andere locatie;
- het persoonlijk belang van de werknemer bij het behoud van zijn arbeidsovereenkomst.
Belangen werknemer zwaar meegewogen
De slotsom was dan ook dat de werknemer toegelaten moest worden tot de functie van supervisor in Amsterdam (de andere locatie), waar hij een halfjaar succesvol werkzaam was geweest. Niet alleen de omvang van het ontslagdossier telt dus, maar in het bijzonder ook de inhoud. De belangen van een werknemer, helemaal als deze een langdurig en smetteloos dienstverband heeft, worden door een rechter zwaar meegewogen. Bovendien bevestigt deze uitspraak opnieuw dat de rechter verwacht dat werkgevers serieus kijken naar een herplaatsing.
Hof Amsterdam 30 april 2024, ECLI (verkort): 1159
Dit nieuwsartikel is geschreven door Amber Willemsen, advocaat arbeidsrecht bij GMW advocaten, e-mail: [email protected]