Inzet professionals voor preventie wisselend resultaat
Het Europees Agentschap voor veiligheid en gezondheid op het werk (EU-AOSHA) deed onderzoek naar de naleving van regelgeving voor veilig en gezond werken. Het blijkt dat er grote verschillen zijn in de kwaliteit van de in- en externe preventiediensten in de verschillende EU-lidstaten.
Het naleven van wet- en regelgeving voor bevordering van gezondheid en veiligheid op het werk (VGW) kan een uitdaging zijn, vooral voor kleinere organisaties. Daarom richt de EU-OSHA haar werkzaamheden op het ondersteunen van organisaties bij de naleving van de Arbowet. Onderzoek van EU-OSHA toont aan dat de volgende factoren invloed hebben op de naleving van VGW-voorschriften:
- de mate van handhaving van de regelgeving;
- de invloed op de toeleveringsketen;
- inzet van externe VGW-diensten;
- maatschappelijke of sectorale normen;
- financiële steun.
De EU-OSHA gaat onder meer verder onderzoeken wat de invloed van de overheid is en dan met name de handhaving en de rol van inspectie- en preventiediensten daarbij.
Grote verschillen in kwaliteit preventiediensten
Bij het inschakelen van preventiediensten valt op dat hieraan in de diverse Europese landen verschillende eisen worden gesteld. Zowel wat vaardigheden en kennis betreft als qua opleidingseisen. Uit het onderzoek kwamen wel een aantal verbeterpunten naar voren als het gaat om het inschakelen van externe preventiediensten. Zo zouden professionals voor preventie (occupational safety and health professionals) moeten beschikken over:
- meer gedetailleerdere technische kennis als basis;
- voldoende zachte vaardigheden (soft skills), zoals goed kunnen luisteren en communicatieve vaardigheden;
- meer ervaring met verandermanagement.
De meeste respondenten gaven aan dat goede preventieve dienstverlening valt of staat met het aantal medewerkers, de capaciteit en de ervaring van de preventieprofessional. Meer lezen kan in het rapport op de website van EU-OSHA.