De AOW-gerechtigde werknemer in de loonheffingen
Als een werknemer de AOW-leeftijd bereikt, verandert er het een en ander voor de aangifte loonheffingen. Zo blijft de werknemer wel verzekerd voor de Ziektewet (ZW), maar betaalt de werkgever hiervoor geen premies meer.
Voor 2024 is de AOW-gerechtigde leeftijd 67 jaar. Zo heeft een werknemer die 67 jaar wordt op 15 juli 2024 vanaf precies die datum ook recht op een AOW-uitkering. Werknemers blijven totdat zij 67 jaar oud zijn in elk geval verzekerd voor de volksverzekeringen, werknemersverzekeringen en Zorgverzekeringswet (ZVW).
De werkgever moet voor de werknemer in het voorbeeld dus tot en met 14 juli 2024 premies afdragen voor de Algemene ouderdomswet (AOW), Werkloosheidswet (WW), Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) en de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA). De werknemer blijft tot en met die datum verzekerd voor deze verzekeringen.
Geen werknemerspremies, wel werkgeversheffing ZVW
Vanaf het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd, geldt voor de loonbelasting/premie volksverzekeringen dat de werkgever vanaf de eerste dag van de kalendermaand waarin de werknemer de AOW-leeftijd bereikt (1 juli dus in dit voorbeeld), de inhouding uit de kolom ‘AOW-leeftijd of ouder’ van de loonbelastingtabel toepast.
Verder betaalt de werkgever voor deze werknemers voor loon dat genoten wordt vanaf de eerste dag van de kalendermaand waarin de werknemer 67 jaar wordt, geen premies werknemersverzekeringen meer. Dat is in het voorbeeld dus vanaf 1 juli. De AOW-gerechtige werknemer blijft wel verzekerd voor de ZW, maar de werkgever betaalt hiervoor geen premies meer. Wel blijft de werkgever de werkgeversheffing Zorgverzekeringswet (ZVW) verschuldigd tot het einde van de dienstbetrekking.