U bent hier

Onderneming & Administratie
Fiscale afspraken uit het hoofdlijnenakkoord

Fiscale afspraken uit het hoofdlijnenakkoord

De partijen PVV, VVD, NSC en BBB zijn na heel veel maanden vergaderen tot een hoofdlijnenakkoord voor de jaren 2024-2028 gekomen. Een van de fiscale afspraken, waarover de partijen tot overeenstemming zijn gekomen, is dat er een lastenverlichting komt voor middeninkomens. Ook gaat het 'hoge' box 2-tarief omlaag van 33% naar 31% en volgt er een tariefsverlaging voor de heffing van box 3.

Na een heleboel dagen van vergaderen is er een regeerakkoord tot stand gekomen. Het hoofdlijnenakkoord, dat de titel ‘Hoop, lef en trots' draagt, is niet op alle punten even concreet. Vooral op economisch vlak ontbreken er nog veel details over de plannen van de nieuwe coalitie. Die zullen later worden ingevuld. Hieronder zijn de fiscale lastenverlichtingen en lastenverzwaringen te vinden.

De fiscale lastenverlichtingen

De volgende lastenverlichtingen zijn in het hoofdlijnenakkoord opgenomen:

  • Lastenverlichting voor middeninkomens: verlaging tarief inkomstenbelasting (IB) en introductie van een derde belastingschijf in de IB.
  • Mkb-winstvrijstelling (artikel) blijft 12,7%: in Voorjaarsnota 2024 was opgenomen dat de vrijstelling zou worden verlaagd van 12,7% naar 12,03%, dit besluit wordt echter teruggedraaid.
  • Hoge box 2-tarief in de IB wordt 31%, verhoging naar 33% wordt teruggedraaid.
  • Er komt een tariefsverlaging in box 3 van de IB, hiervoor wordt structureel € 100 miljoen beschikbaar gesteld.
  • De verhoging van de energiebelasting met 22,4% in 2025 en 2,7% in 2030 wordt teruggedraaid.
  • De accijnsverlaging op brandstoffen (het kwartje van Kok) wordt met een jaar verlengd tot 2026.
  • Inkoop eigen aandelen: de afschaffing van de inkoopfaciliteit voor de dividendbelasting per 2025 wordt teruggedraaid.
  • De renteaftrekbeperking (infographic) voor de vennootschapsbelasting (VPB) gaat van 20% naar 25%.
  • Verlaging van de energiebelasting: het tarief in de 1e en 2e schijf aardgas wordt per 2025 verlaagd met 2,8 cent per m3, oplopend naar 4,8 cent per m3 in 2030.

De fiscale lastenverzwaringen

Voor al het 'zoet' moeten natuurlijk ook minder 'populaire' maatregelen worden genomen. De volgende lastenverzwaringen komen eraan:

  • Afschaffen salderingsregeling voor kleinverbuikers per 1 januari 2027. Eerder werd het wetsvoorstel voor de afbouw nog verworpen door de Eerste Kamer.
  • Afschaffen verlaagd BTW-tarief voor logies per 2026. Tarief gaat dan dus naar 21%
  • Invoering circulaire plasticheffing per 2028.
  • Afschaffing verlaagd BTW-tarief culturele goederen en diensten  per 2026. Het tarief gaat dan dus van 9% naar 21%.
  • Verhoging kansspelbelasting naar 37,8% (nu nog 30,5%).
  • Afbouwen van fiscale regelingen en aanpakken onbedoelde fiscale constructies.
  • Beperking giftenaftrek in de IB en VPB.
  • Vliegbelasting differentiatie naar afstand: hoe langer de vlucht, hoe meer belasting moet worden betaald.
  • Nationaal Groeifonds uitfaseren: rondes 1 tot en met 3 worden nog nagekomen, rondes 4 en 5 vervallen.

In het hoofdlijnenakkoord staat ook dat er niet wordt getornd aan de hypotheekrenteaftrek, het eigenwoningforfait gelijk blijft en dat er geen wijziging van de fiscale positie van de eigen woning zal plaatsvinden. De verduurzaming van het wagenpark blijft gestimuleerd maar de elektrische aurorijder gaat wel eerlijker bijdragen. Dit moet de opbrengsten op de lange termijn houdbaar houden.