Geen RVU omdat functie volgens cao niet zwaar is
Via een RVU kan een werknemer met een zwaar beroep eerder stoppen met werken. Maar over de definitie ‘zwaar beroep’ valt te twisten. Een werknemer hoopte na een lange carrière met vroegpensioen te gaan, maar werd teruggefloten door Rechtbank Noord-Holland.
Een werknemer was ruim 45 jaar in dienst bij een zorgaanbieder, als laatste in de functie van adviseur. De toepasselijke cao kende een regeling voor vervroegd uittreden (RVU) voor werknemers die minimaal 45 jaar in de sector zorg en welzijn hadden gewerkt, waarvan minimaal 20 jaar in een ‘zwaar beroep’. De cao vermeldde expliciet dat onder meer bepaalde leidinggevende en adviserende functies niet werden aangemerkt als zwaar beroep.
Werknemer had functies meewerkend uitgevoerd
Toen de werknemer een beroep wilde doen op de RVU, wees zijn werkgever dit af; het was onvoldoende vast komen te staan dat de werknemer minimaal 20 jaar een fysiek beroep had uitgeoefend. Ook zijn bezwaar bij de cao-beoordelingscommissie was aan dovemansoren gericht.
Hierop stapte de werknemer naar Rechtbank Noord-Holland, waar hij stelde dat hij bijna 32 jaar in een zwaar beroep had gewerkt. Hij had zijn functies naar eigen zeggen – en volgens schriftelijke verklaringen van (oud-)collega’s – namelijk altijd meewerkend uitgevoerd, ook al stond dat niet in zijn functieomschrijving. De werkgever verwees naar de cao, waarin veel van de functies die de werknemer sinds 1984 had uitgevoerd, vermeld stonden in de lijst van uitgesloten functies.
Functieomschrijving leidend voor kwalificatie zwaar beroep
De kantonrechter verduidelijkte dat bij de uitleg van een cao de bewoordingen daarvan in principe van doorslaggevende betekenis zijn. In de cao viel bijvoorbeeld ‘meewerkend hoofd’ onder de definitie van zwaar beroep en ‘niet-meewerkend hoofd’ niet. Daarnaast bevatte de cao geen aanknopingspunten voor het standpunt van de werknemer dat de daadwerkelijke werkzaamheden doorslaggevend waren voor de kwalificatie van ‘zwaar beroep’. De kantonrechter concludeerde dat voor de uitleg van het begrip ‘zwaar beroep’ moest worden aangesloten bij de functieomschrijving(en) uit de cao en niet bij de feitelijke werkzaamheden. Omdat een groot deel van zijn functies expliciet waren ‘uitgesloten’ als zwaar beroep, kwam de werknemer niet in aanmerking voor een RVU (artikel).
Rechtbank Noord-Holland, 28 september 2023, ECLI (verkort): 10041