Coronabelastingschulden worden echt wel ingevorderd
Demissionair staatssecretaris van Rij van Financiën heeft in reactie op een bericht van de Algemene Rekenkamer dat er bij de Belastingdienst te weinig capaciteit is voor het innen van de coronabelastingschulden aangegeven dat de schulden hoe dan ook terugbetaald moeten worden. Ondernemers krijgen met invorderingsmaatregelen te maken als ze niet terugbetalen.
Veel ondernemers hebben in coronatijd dankbaar gebruik gemaakt van de mogelijkheid om hun belastingschulden tijdelijk niet te voldoen. Ondernemers die gebruik hebben gemaakt van de betalingsregeling voor bijzonder uitstel vanwege de coronacrisis moesten vanaf 1 oktober 2022 de belastingschulden gaan aflossen. Als er niet aan deze betalingsverplichtingen is voldaan krijgen ondernemers een brief van de Belastingdienst dat de betalingsregeling wordt beëindigd. Komt de ondernemer hierna niet in actie, dan gaat de fiscus invorderingsmaatregelen (infographic) inzetten om de belastingschulden te innen. Eerst volgt dan een aanmaning, hierna komt een dwangbevel. Het nemen van invorderingsmaatregelen kan betekenen dat de fiscus beslag legt op vermogensbestanddelen van de ondernemer, zoals inventaris, auto of een bankrekening. Ook kan er faillissement worden aangevraagd. Dan kan het bodemrecht (verdiepingsartikel) om de hoek komen kijken.
Nog 178.000 ondernemers over
In totaal hebben ruim 400.000 ondernemingen uitstel van belastingbetaling gekregen. Het ging hier om een bedrag een bedrag van € 47,7 miljard. Daarvan zijn er nog 178.000 ondernemers over die samen nog € 11,5 miljard moeten terugbetalen. Het overgrote deel daarvan zijn mkb-ondernemingen. Tot en met begin 2024 zijn er door de fiscus 40.000 terugbetalingsregelingen ingetrokken. Inmiddels is twee derde van de uitstaande coronabelastingschulden terugbetaald. De verwachting van de staatssecretaris is dat € 2,5 miljard nooit zal worden terugbetaald.
Te weinig capaciteit bij Belastingdienst voor invordering
De Algemene Rekenkamer kwam onlangs met het bericht dat er bij de Belastingdienst te weinig capaciteit is om de belastingschulden te innen van de ondernemers die meteen moeten gaan betalen omdat de betalingsregeling is ingetrokken. Van Rij heeft hierop aangegeven dat de invordering misschien iets langer gaat duren maar dat de ondernemers echt wel moeten gaan betalen. 'Wie denkt niet terug te hoeven betalen, komt van een koude kermis thuis', gaf Van Rij in de Tweede Kamer aan.