Rechten OR bij een bezoek van de Arbeidsinspectie
Als een inspecteur van de Nederlandse Arbeidsinspectie bij een organisatie langskomt voor controle, heeft de ondernemingsraad (OR) of personeelsvertegenwoordiging (PVT) vergezelrecht. Ook mogen zij de inspecteur onder vier ogen spreken. De bestuurder moet de OR of PVT in staat stellen om hiervan gebruik te maken.
De ondernemingsraad heeft het recht om aanwezig te zijn bij een controle van de Nederlandse Arbeidsinspectie. Dit is het vergezelrecht. Heeft de organisatie geen OR maar een personeelsvertegenwoordiging, dan hebben leden van de PVT vergezelrecht. Het is niet de bedoeling dat de werkgever met de inspecteur meeloopt tijdens zijn inspectieronde door het bedrijf. Zo kunnen OR-leden en werknemers vrijuit met de inspecteur spreken. De Arbeidsinspectie neemt meestal zelf al het initiatief om de OR uit te nodigen om de inspecteur te vergezellen. Bij een aangekondigde controle staat het vergezelrecht meestal in de brief. Bij een onverwacht bezoek kan de inspecteur ter plekke OR-leden uitnodigen om met hem mee te lopen.
Uitzonderingen op het vergezelrecht van de OR
Er zijn uitzonderingen op het vergezelrecht. In bepaalde situaties kan de inspecteur van de Arbeidsinspectie bezwaar maken tegen de aanwezigheid van leden van de medezeggenschap bij een controle. Het vergezelrecht geldt bijvoorbeeld niet bij een ernstig arbeidsongeval (infographic). Ook als het een persoonsgebonden zaak is, waarbij privacygevoelige informatie een rol speelt, kan de inspecteur oordelen dat de aanwezigheid van OR-leden niet gewenst is. De inspecteur kan OR-leden weren als hij getuigen en betrokkenen van een bedrijfsongeval gaat horen. De OR krijgt uiteindelijk wel inzage in het eindrapport.