U bent hier

Onderneming & Personeel
Verzuimfraude opsporen met gesprekken en nader onderzoek

Verzuimfraude opsporen met gesprekken en nader onderzoek

Werkgevers mogen niet zomaar van alles vragen aan een werknemer die opbelt om zich ziek te melden. Daardoor kan het idee ontstaan dat er nu eenmaal niets aan te doen is, als iemand zich mogelijk onterecht ziek meldt.

De regels waar werkgevers zich aan moeten houden in geval van een ziekmelding door een werknemer zijn niet bij alle werkgevers bekend. Wat de meesten wel weten, is dat ze niet zomaar alles mogen vragen in verband met de privacy van de werknemer. Toch is verzuimfraude wel in te dammen. Want ook met inachtneming van de regels is het mogelijk om informatie van de zieke te krijgen. Een ziekteverzuimregeling (tool) kan hierbij helpen. Het ontbreken van duidelijke regels schept vaak gelegenheid tot fraude.

In contact blijven met zieke werknemer

Voor alles is het belangrijk dat de werkgever in contact blijft met een zieke werknemer. In een eerste gesprek (tool) mag een werkgever prima vragen wanneer iemand denkt weer aan het werk te kunnen gaan. Ook mag hij informeren of er werkzaamheden zijn die door een ander moeten worden opgepakt. Het is de moeite waard om te bespreken of er werkzaamheden zijn die de werknemer ondanks zijn arbeidsongeschiktheid nog wel zou kunnen doen. 

Verzuimfraude en bedrijfsrecherche

Heeft een werkgever het vermoeden dat er sprake is van verzuimfraude (verdiepingsartikel), dan kan hij de inschakeling van een bedrijfsrecherchebureau (verdiepingsartikel) overwegen. Van verzuimfraude kan bijvoorbeeld sprake zijn als een dakdekker zich ziek heeft gemeld wegens ernstige rugklachten, maar intussen eigenhandig een nieuw dak op zijn huis aan het leggen is. Ook komt het soms voor dat een werknemer zich ziek meldt om vervolgens ergens anders (zwart) aan het werk te gaan.
Voor het inschakelen van een bedrijfsrecherchebureau moet een werkgever wel een concrete verdenking hebben. Het inschakelen van een bedrijfsrecherche leidt namelijk vaak tot privacydiscussies, zoals een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van de werknemer.