Kamer wil snel einde aan toeslag op plastic bakjes
De Tweede Kamer wil dat het kabinet zo snel mogelijk een einde maakt aan de heffing op plastic meeneembakjes en -bekers. Dat blijkt uit de aangenomen moties bij de begroting voor het ministerie van Economische Zaken. Ook krijgen kleine mkb'ers voorlopig niet te maken met de zogeheten zero-emissiezones in binnensteden en moet de overheid de regeldruk voor ondernemers meetbaar met 25% terugdringen.
De heffing op plastic wegwerpservies is een uitvloeisel van de nieuwe regels die sinds 1 juli 2023 gelden. Ondernemers in de horeca bijvoorbeeld mogen niet meer gratis plastic bakjes meegeven aan klanten die eten komen afhalen. De klant moet nu een klein bedrag betalen voor dit bakje. Het idee is dat klanten zelf bakjes meenemen en dat het de verpakkingsindustrie stimuleert om met duurzamere alternatieven te komen. Maar de Tweede Kamer is niet overtuigd. Volgens een aangenomen motie dwingt de toeslag producenten niet tot verduurzaming én ondermijnt die het draagvlak voor klimaatmaatregelen onder burgers. Het kabinet moet de heffing daarom zo snel mogelijk afschaffen, aldus de Kamer.
Ontheffing van zero-emissiezones
Ook wil de Kamer ingrijpen bij een andere maatregel die met duurzaam ondernemen te maken heeft. Zo'n 30 gemeentes zijn namelijk bezig met het invoeren van een zogeheten zero-emissiezone in de binnenstad. De meest vervuilende bestelbussen en vrachtauto's op diesel mogen deze zones vanaf 1 januari 2025 per direct niet meer in. Dit zorgt voor kopzorgen bij ondernemers, want de overstap naar elektrisch vervoer is niet zomaar geregeld én duur.
De Tweede Kamer wil daarom dat kleine ondernemers respijt krijgen. Zij moeten tot in ieder geval 2028 een ontheffing krijgen voor de zero-emissiezones, om te voorkomen dat zij tegen 'forse kosten' aanlopen. Een definitie van wat dan een 'kleine' ondernemer is geeft de aangenomen motie niet, maar als voorbeeld worden bakkers en bloemisten genoemd. De motie noemt het onwenselijk dat zij 'niet meer naar hun zaak zouden kunnen met hun eigen bestelbusje'.
Terugdringen regeldruk en leningen voor mkb
Verder wil de Kamer het bedrijfsleven tegemoetkomen met het terugdringen van de regeldruk. Ondernemers raken namelijk hoorndol van traag draaiende ambtelijke molens en 'onnodige' gedetailleerde regeltjes. Een aangenomen motie roept het kabinet daarom op om een 'concrete reductiedoelstelling' van 25% in te voeren. Ook op het gebied van financiering heeft de Kamer het kabinet een aantal opdrachten meegegeven:
- Per 1 juli 2024 moeten er middelen vrijgemaakt worden voor duurzaamheidsleningen tegen een lage rente voor kleine ondernemers. Ondernemingen kunnen voor dergelijke leningen weliswaar sinds eind 2022 terecht bij de zogeheten BMKB-Groen, maar volgens de Kamer is die regeling niet geschikt voor kleine ondernemingen met een kleinere financieringsvraag.
- Er moet onderzocht worden of er noodzaak is voor een apart fonds dat kleine en achtergestelde leningen verstrekt aan het mkb. Het zou dan gaan om bedragen tussen de € 50.000 en € 500.000. Een achtergestelde lening wil zeggen dat de verstrekker niet vooraan in de rij staat als schuldeiser bij een eventueel faillissement. De achtergestelde lening hoeft vaak pas afgelost te worden als andere schuldeisers al zijn betaald.
- Het kabinet moet onderzoeken wat er nodig is om de durfkapitaalregeling nieuw leven in te blazen. In het verleden bestond zo'n regeling ook al in Nederland, die stond toen bekend als de Tante Agaath-regeling. Het idee is namelijk dat particulieren met fiscaal voordeel geld kunnen investeren in een mkb-onderneming. Zoals een toelage van de spreekwoordelijke tante Agaath. De Tweede Kamer wil dus nu dat de regering in kaart brengt hoe zo'n regeling opnieuw opgetuigd kan worden en welke kosten daarmee gemoeid zijn.