Versoepeling van eisen aan bedrijfsopvolgingsfaciliteit
De fiscale regelingen voor bedrijfsopvolging worden de komende jaren aangepast. Voor een deel van de veranderingen heeft het demissionaire kabinet voorlopig 1 januari 2026 als ingangsdatum op het oog. Daarbij gaat het onder meer om het versoepelen van de voorwaarden om de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) in de erf- en schenkbelasting te mogen toepassen.
Het demissionaire kabinet heeft op Prinsjesdag een apart wetsvoorstel (pdf) gepubliceerd dat de aanpassing van de fiscale regelingen voor bedrijfsopvolging regelt. De wijzigingen in de BOR in de Successiewet in de doorschuifregeling (DSR) in de inkomstenbelasting vallen uiteen in twee stukken: een deel moet per 2024 en 2025 ingaan, en een deel vanaf 2026.
Bezitseis en voortzettingseis in de BOR
Deze laatste maatregelen moeten terugkomen in het Belastingplan 2025, dus op Prinsjesdag volgend jaar. Het gaat dan om deze ingrepen:
- De BOR en DSR is vanaf 2026 dan alleen nog toegankelijk voor reguliere aandelen. Dus niet meer voor bijvoorbeeld opties op aandelen of winstbewijzen.
- De bezitseis en de voortzettingseis in de BOR worden versoepeld. Nu geldt nog de eis dat de opvolger de onderneming minstens 5 jaar moet voortzetten. Bij het schenken van een onderneming moet de schenker minstens 5 jaar eigenaar zijn geweest en bij een erfenis is dat 1 jaar. Het kabinet onderzoekt nog hoe de versoepeling eruit moet zien.
- Ongewenste constructies rondom de BOR moeten worden aangepakt.