Beroepenlijst voor studiekostenbeding niet limitatief
Voor verplichte opleidingen kan in principe geen studiekostenbeding afgesproken worden. Onder de verplichte opleidingen vallen niet de opleidingen die in de ‘Regeling vaststelling lijst gereglementeerde beroepen’ staan. Deze lijst is echter niet limitatief.
Sinds 1 augustus 2022 geldt dat een werkgever een werknemer niet mag laten betalen voor scholing die verplicht is. Maar, beroepsopleidingen of opleidingen die werknemers moeten volgen voor het verkrijgen, behouden of vernieuwen van een beroepskwalificatie, worden niet als vanuit de werkgever verplichte opleidingen gezien. Voor deze zogenoemde gereglementeerde beroepen kan een werkgever daarom een rechtsgeldig studiekostenbeding (tool) afsluiten. Dit is alleen anders als de werkgever verplicht is de opleiding aan te bieden op grond van Europese regels, nationaal recht of cao.
Studiekostenbeding bij opleiding voor een beroepskwalificatie
In een recent kort geding ging het om een werkgever en werknemer die bij indiensttreding afspraken dat de werknemer een tweejarige opleiding tot vakbekwaam audicien zou volgen. De werknemer moest 50% van de studiekosten betalen als hij in een periode van 25 tot 36 maanden na afronding van de studie ontslag nam. De werknemer nam binnen deze periode ontslag. De werkgever vorderde daarom 50% van de studiekosten terug.
De werknemer stelde dat het studiekostenbeding nietig was. De opleiding was immers verplicht en komt niet voor op de lijst van gereglementeerde beroepen.
Lijst gereglementeerde beroepen heeft ander doel
De rechter oordeelde dat de 'Regeling vaststelling lijst gereglementeerde beroepen’ is opgesteld met als doel om controle mogelijk te maken op beroepskwalificaties van daarin opgenomen beroepen. Niet om vast te stellen voor welke opleidingen wel of niet een rechtsgeldig studiekostenbeding afgesproken kan worden. Wel stelt de rechter vast dat voor de beroepen die op de lijst staan 'in elk geval' een rechtsgeldig studiekostenbeding afgesloten kan worden.
Beroepskwalificatie en studiekostenbeding
De rechter oordeelde dat de wetgever voor het begrip 'beroepskwalificatie' aansluiting heeft gezocht bij de definitie die is opgenomen in de zogenoemde beroepskwalificatierichtlijn (richtlijn 2005/36/EG), die is geïmplementeerd in de Algemene wet erkenning EU-beroepskwalificaties (de AWEB). Hierin staat dat het behalen van een opleidingstitel een wezenlijk onderdeel is van een beroepskwalificatie.
De rechter is het met de werkgever eens dat de werknemer een opleidingstitel (een mbo-diploma audicien) heeft behaald, zoals bedoeld in de beroepskwalificatierichtlijn en de AWEB. Ook staat vast dat deze opleidingstitel nodig is om te kunnen worden benoemd in de functie van audicien, een functie die de werknemer tijdens het volgen van de opleiding nog niet kon uitoefenen. De werkgever was niet verplicht op grond van de wet of een cao om het verkrijgen van deze beroepskwalificatie aan te bieden. Het studiekostenbeding was daarom rechtsgeldig tot stand gekomen.
Rechtbank Oost-Brabant, 4 september 2023, ECLI (verkort): 4377