Wees kritisch op onderzoeksresultaten ongewenst gedrag!
Integriteitsonderzoeken, zoals onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag, zijn volgens hoogleraar bestuurskunde Michiel de Vries onbetrouwbaar. Bestuurder en OR kunnen dus niet blind varen op de resultaten en conclusies. Niet als er geen vuiltje aan de lucht zou zijn en niet als een beschuldigde als dader aangewezen wordt.
De Volkskrant interviewde hoogleraar bestuurskunde Michiel de Vries, specialist in methoden en technieken van onderzoek. Hij treedt bij rechtszaken over grensoverschrijdend gedrag ook geregeld op als deskundige. Zijn oordeel over de kwaliteit van onderzoeken naar grensoverschrijdend gedrag, laten niets aan de verbeelding over. Hij stelt dat alle onderzoeksbureaus het onderzoek en daarmee ook de resultaten toeschrijven naar het belang van de opdrachtgever. Zo kent hij geen onderzoek waarvan de uitkomst tegengesteld is aan wat de opdrachtgever publiekelijk zei. Er is 100% overeenkomst. Dat betekent dat ook de OR zijn werkwijze moet aanpassen.
OR moet kritisch zijn bij de bespreking van de onderzoeksresultaten
Zo moet de OR kritisch zijn bij de bespreking van onderzoeksresultaten naar aanleiding van signalen van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag of andere integriteitskwesties. Waak ervoor dat de bestuurder, maar ook de OR, de resultaten per definitie voor waar aanneemt en daarop de conclusies baseert. Neem bij die conclusies ook de signalen mee die de OR ontvangt, zeker als de onderzoeksresultaten die tegenspreken. Blijf met de bestuurder in gesprek en hou de belangen van de verschillende betrokken partijen goed in het oog (de organisatie, de melder, de beschuldigde en het onderzoeksbureau).
Kwaliteit integriteitsonderzoeken nóg slechter
In 2017 analyseerde De Vries 47 rapporten om vast te stellen de gebreken in integriteitsonderzoeken structureel waren. De conclusie was dat 77% van de onderzoeken echt ondermaats was. Omdat er verbeteringen doorgevoerd zouden zijn, deed hij vorig jaar opnieuw onderzoek naar 40 zaken. Daaruit bleek dat de kwaliteit van de onderzoeken nóg verder achteruit was gegaan. In de onderzoeken tot 2017 constateerde hij gemiddeld 2,2 fouten per onderzoek, in de onderzoeken na 2017 liep dat gemiddelde per onderzoek op tot 3,1 fouten.
Integriteitsonderzoek moet gereguleerd worden
De Vries stelt dan ook dat de huidige vrije markt voor integriteitsonderzoek gereguleerd moet worden. Zo moeten er voorschriften en regels komen voor bijvoorbeeld de opleiding van de onderzoekers (inclusief certificaat en verplicht protocol), de ondersteuning van de betrokkenen en de mate van openbaarheid. Daarnaast pleit De Vries voor een ingebouwd controlemechanisme, bijvoorbeeld in de vorm van een landelijk bureau voor integriteitsonderzoek dat ook sancties kan opleggen zoals een boete of het sluiten van een onderzoeksbureau.