Stakingsbereidheid onder werknemers toegenomen
De stakingsbereidheid onder werknemers is op dit moment groot. Ook vorig jaar nam het aantal stakingen al flink toe. Dit is voor de OR aanleiding om zowel met de achterban als met de bestuurder in gesprek te gaan over eventuele onvrede.
In 2022 legden werknemers 33 keer het werk neer. Dit is een stijging van 50% ten opzichte van het jaar ervoor, toen er 22 keer werd gestaakt. Dit blijkt uit nieuwe cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Het aantal stakers lag in 2022 met 16.500 echter een stuk lager dan in 2021 (28.000) en in 2020 (105.000). Hierdoor viel het aantal verloren werkdagen in 2022 uiteindelijk lager uit dan in de voorgaande jaren. Ontevredenheid over de gehele cao (20) of de beloning (8) waren de belangrijkste redenen om te gaan staken.
Beloning is belangrijkste reden om te gaan staken
Dat de stakingsbereidheid op dit moment groot is, blijkt ook uit recent onderzoek van vakbond CNV onder 2.500 werkenden. Bijna de helft (40%) van de werknemers is bereid om het werk voor langere tijd neer te leggen, en een ruime meerderheid (56%) staat achter de stakingen. Vooral in de sectoren voeding (52%), vervoer (49%) en industrie (45%) zijn werknemers bereid om te gaan staken. De beloning is ook in dit onderzoek de belangrijkste reden om te gaan staken (70%), gevolgd door een betere ouderenregeling (eerder stoppen/minder werken) (64%) en een lagere werkdruk (49%).
Door onder meer de dure boodschappen en hoge energierekening zitten veel werkenden krap bij kas. Dit in tegenstelling tot de bedrijfstop, die er vaak warmpjes bij zit. Dit leidt in veel gevallen tot onvrede over de beloningsverhoudingen. De helft van de ondervraagden in het CNV-onderzoek vindt het verschil in beloning tussen de bedrijfstop en de werkvloer te groot.
MTO geeft inzicht in (on)tevredenheid achterban
Deze resultaten zijn voor de ondernemingsraad (OR) een goede aanleiding om bij de bestuurder aan te dringen op een medewerkerstevredenheidsonderzoek (MTO) (tool). Zo’n onderzoek geeft inzicht in hoe werknemers het werken in de organisatie ervaren: wat zij vinden van de arbeidsomstandigheden, arbeidsvoorwaarden en bijvoorbeeld (hun invloed op) de bedrijfsvoering. Zo kan de organisatie eventuele onvrede over bepaalde onderwerpen in kaart brengen en hier waar nodig actie op ondernemen.
OR kan met bestuurder in gesprek over (scheve) beloningsverhoudingen
Blijkt dat werknemers vinden dat er sprake is van scheve beloningsverhoudingen, dan doet de OR er goed aan om het beloningsbeleid op de agenda te zetten (artikel) voor het overleg met de bestuurder. In grotere organisaties (in de regel meer dan 100 werknemers) is een jaarlijks gesprek over de beloningsverhoudingen zelfs verplicht (artikel). De bestuurder moet de beloningsstructuur helder kunnen verklaren. Zo moeten de verschillen in beloning onder meer in verhouding zijn tot de zwaarte van de functie en mag er geen sprake zijn van ongelijke behandeling tussen bijvoorbeeld mannen en vrouwen in de organisatie.