3.4 Een rechtsvorm kiezen

belastingplicht

Als de grensoverschrijdende activiteiten van uw onderneming niet meer inhouden dan telefoon- en e-mailverkeer, is alle winst (nog) in Nederland belast. Breidt u uw activiteiten uit en gaat u bijvoorbeeld een kantoorpand huren, dan kan uw onderneming te maken krijgen met belastingplicht in het buitenland. Dit geldt ook als u een filiaal opent of een handelsagent aanstelt. In fiscale zin is er dan sprake van een ‘vaste inrichting’ of een ‘vaste vertegenwoordiger’.

3.4.1 Vaste inrichting

zelfstandige entiteit

personeel

ondersteunen

Een vaste inrichting is geen juridisch zelfstandige entiteit. Vaak gaat het om een in het buitenland gelegen winkel, werkplaats of kantoor. Om van een vaste inrichting te kunnen spreken, moet de inrichting:

• een voldoende mate van duurzaamheid hebben;
• beschikken over een structuur die – wat personeel en technische middelen betreft – geschikt is om zelfstandig leveringen of diensten te verrichten.

machtigen

Een inrichting die ondersteunend of voorbereidend werk – zoals een ruimte die gebruikt wordt voor onderzoek, informatieverstrekking of reclamedoeleinden – verricht voor uw Nederlandse onderneming is géén vaste inrichting.

Vaste vertegenwoordiger

U kunt ook in een ander land een persoon machtigen om namens uw onderneming overeenkomsten af te sluiten. Als die persoon dat regelmatig doet, kan dit tot gevolg hebben dat uw onderneming in dat andere land belasting moet gaan betalen. Er is dan namelijk sprake van een ‘vaste vertegenwoordiger’. Het werk van de vaste vertegenwoordiger moet wel overeenstemmen met het werk van uw onderneming. Een volledig zelfstandig werkende agent wordt niet aangemerkt als een vaste vertegenwoordiger.

Winst van de vaste inrichting

vermogens-bestanddelen

vrijstelling

Vinden de activiteiten plaats in het buitenland, dan moet u de winst van de vaste inrichting vaststellen. Om te beginnen moet u bepalen welke vermogensbestanddelen bij het vermogen van de vaste inrichting horen. Het gaat om de vermogensbestanddelen die noodzakelijk zijn voor de bedrijfsvoering van de vaste inrichting. Denk hierbij aan het bedrijfspand, de bijbehorende schuld, machines, inventaris en debiteuren. Het resultaat van de vaste inrichting is belast in het land waar deze zich bevindt. In Nederland geldt in principe de objectvrijstelling.

3.4.2 Rechtspersoon oprichten

dividend

deelnemingsvrijstelling

Activiteiten in het buitenland kunt u ook vormgeven door een buitenlandse rechtspersoon op te richten. Deze moet u zien als een buitenlandse dochter-bv van uw Nederlandse onderneming. Als u met die buitenlandse dochter winst behaalt, is de winst in het buitenland belast. Nederland komt dan meestal niet meer aan belastingheffing toe. Keert de dochter dividend uit aan uw onderneming, dan hoeft u daarover geen vennootschapsbelasting (VPB) te betalen. Voor het resultaat dat uw onderneming behaalt bij verkoop van de aandelen in de dochter, geldt de deelnemingsvrijstelling. Deze vrijstelling voorkomt dat bij een moedervennootschap en één of meer dochters twee keer VPB verschuldigd is over de winsten van de dochter. U kunt deze vrijstelling echter alleen onder bepaalde voorwaarden toepassen. Zo moet uw onderneming minimaal 5% van de aandelen in de dochtervennootschap hebben.