U bent hier

Onderneming & Administratie
Werkgever moet mbo-stagiair dekkende vergoeding betalen

Werkgever moet mbo-stagiair dekkende vergoeding betalen

Mbo’ers krijgen een passende onkostenvergoeding. Dat is één van de maatregelen in het ‘Stagepact MBO 2023-2027’, waarin verschillende partijen harde afspraken hebben gemaakt om de positie van mbo-studenten te verbeteren.

Onder meer studentenorganisaties, mbo-scholen, vakbonden, werkgeversorganisaties en ministeries hebben hun handtekening gezet onder het stagepact (pdf), waardoor zij zich committeren aan ruim 50 maatregelen die de positie van mbo-stagiairs moeten verbeteren. Het stagepact komt voort uit het coalitieakkoord en is onderdeel van de bredere ‘Werkagenda MBO 2023-2027’, dat het mbo in het geheel verder moet verbeteren en ontwikkelen. Het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft tot 2027 € 30 miljoen beschikbaar gesteld voor de maatregelen in het stagepact.

Stage lopen mag geen geld meer kosten

De maatregelen in het stagepact richten zich op vier hoofdthema’s:

  • Bieden van een passende vergoeding. De norm wordt dat leerbedrijven stagiairs minimaal een volledige onkostenvergoeding (ook voor reizen) betalen, waardoor studenten geen geld meer kwijt zijn aan stage lopen. Ook worden publieke en private werkgevers gestimuleerd om afspraken over passende stagevergoedingen vast te leggen in een cao of arbeidsvoorwaardenreglement. Studenten die werken en leren combineren, krijgen naast een stagevergoeding ook een arbeidscontract dat minimaal voldoet aan de wettelijk vastgestelde bedragen.
  • Verbeteren van stagebegeleiding. Onder andere door meer persoonlijk contact tussen het leerbedrijf, de begeleider vanuit school en de student. Het uitgangspunt wordt dat er per stage ten minste drie contactmomenten zijn, waarvan minimaal één op locatie bij het leerbedrijf. Ook gaat de Samenwerkingsorganisatie Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB) (startende) leerbedrijven beter begeleiden.
  • Uitbannen van stagediscriminatie. Er wordt onder meer kennis opgebouwd over het (h)erkennen, voorkomen en aanpakken van stagediscriminatie. De sociale norm moet zijn dat discriminatie verboden en onwenselijk is en leerbedrijven moeten beleid hebben voor een sociaal veilige werkomgeving. Ook wordt er meer werk gemaakt van stagematching; het objectief matchen en plaatsen van studenten bij een stageplek.
  • Realiseren van voldoende stageplaatsen. Via de subsidieregeling praktijkleren kunnen leerbedrijven subsidie krijgen voor de begeleiding van BBL-studenten. Het bedrag per student is echter afhankelijk van het maximale subsidieplafond. Het streven is om voor elke praktijkleerplaats van 40 weken het maximale subsidiebedrag van € 2.700 uit te keren.

Wijziging wet- en regelgeving is niet uitgesloten

De betrokken partijen verwerken de afspraken uit het stagepact in de al bestaande afspraken en werkwijzen. Onder leiding van het ministerie van OCW worden de effecten van de maatregelen de eerste twee jaar gemonitord. Als blijkt dat het stagepact geen positief effect heeft, worden de maatregelen heroverwogen, waarbij de stap naar nieuwe wet- en regelgeving niet is uitgesloten.