Bedragen beslagvrije voet per 1 januari 2023 omhoog
Sinds 1 januari 2023 gelden er nieuwe bedragen voor de maandelijkse beslagvrije voet bij loonbeslag. De bedragen voor alle vier categorieën – alleenstaanden, alleenstaande ouderen, gehuwden zonder kinderen en gehuwden met kinderen – gaan omhoog.
Werkgevers kunnen te maken krijgen met een loonbeslag. De schuldeiser van een werknemer legt dan beslag op een deel van het loon van de werknemer. Het deel wat de werknemer mag houden voor zijn levensonderhoud en vaste lasten noemt men de beslagvrije voet.
Voor het bepalen van de hoogte van de beslagvrije voet geldt er een berekeningswijze. De hoogte hangt af van de hoogte van het inkomen van een werknemer. Hiervoor gelden drie inkomensgroepen (hoog, midden en laag).
Voor hoge inkomens gelden vaste bedragen
De bedragen voor de beslagvrije voet bij de groep met een hoog inkomen zijn de maximumbedragen voor de beslagvrije voet. Werknemers die behoren tot deze groep hebben vanwege de hoogte van hun inkomen geen recht op toeslagen. Voor deze werknemers gelden vanaf 1 januari 2023 de volgende maximumbedragen tot 1 juli 2023:
- voor een alleenstaande: € 1.872,81;
- voor een alleenstaande ouder: € 2.015,84;
- voor gehuwden zonder kinderen: € 2.470,03;
- voor gehuwden met één of meer kinderen: € 2.509,97.
Altijd 5% afloscapaciteit voor lage inkomsten
Voor werknemers uit de inkomensgroep met een middeninkomen is de beslagvrije voet opgebouwd uit verschillende componenten. Hun beslagvrije voet wordt berekend met een formule die in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering staat. Voor werknemers met een laag inkomen – gelijk aan of lager dan de voor hen geldende bijstandsnorm – is de beslagvrije voet 95% van het netto inkomen, inclusief vakantietoeslag. Deze werknemers hebben daardoor altijd 5% afloscapaciteit.
Geen automatische berekening door verhoging minimumloon
Beslagleggende partijen, zoals gerechtsdeurwaarders, zijn verplicht om de beslagvrije voet eens in de 12 maanden opnieuw te berekenen. Maar een herberekening gebeurt niet automatisch als gevolg van de verhoging van het wettelijk minimumloon per 1 januari 2023. De werknemer moet hierover zelf contact opnemen met de beslaglegger. Als hij dat niet doet, wordt het extra inkomen gebruikt om de schulden af te lossen. Het is raadzaam als werkgevers de werknemer hierop wijzen, zodat er maandelijks geen verkeerd bedrag naar de beslaglegger gaat.