U bent hier

Onderneming & Personeel
OR kan financiële steun voor achterban stimuleren

OR kan financiële steun voor achterban stimuleren

Veel werkgevers bieden hun werknemers een helpende hand nu velen door de hoge inflatie in financiële problemen raken. Onderneemt de werkgever (nog) geen actie, dan kan de ondernemingsraad (OR) de bestuurder attenderen op het belang ervan en de mogelijkheden.

Uit een peiling van werkgeversvereniging AWVN onder 170 bedrijven (leden van AWVN) blijkt dat werkgevers inschatten dat bijna een kwart (24%) van de werknemers te maken heeft met financiële problemen als gevolg van de hoge inflatie. Werknemers vragen vaker om een loonsverhoging of uitbetaling van vakantiedagen en 16% van de werkgevers ontvangt een toenemend aantal loonbeslagen voor werknemers. Tweederde (71%) van de deelnemende werkgevers geeft werknemers daarom extra steun vanwege de hoge inflatie.

Werkgevers bieden werknemers op verschillende manieren steun

Vier op de tien werkgevers (40%) geeft de werknemers een eenmalige uitkering. In de helft van de gevallen gaat het om € 500 of meer. In vier op de tien gevallen is de uitkering € 200 of minder. Bij de eenmalige uitkeringen gaat het in 62% van de gevallen om een uitkering aan alle medewerkers zonder onderscheid naar inkomensniveau. Werkgevers vinden het namelijk vaak lastig om te achterhalen is wie met financiële problemen kampt. Deze informatie is immers ook privacygevoelig. Daarnaast doet de overheid ook al veel voor de lage inkomens en willen werkgevers ook de middeninkomens tegemoet komen. Andere maatregelen die werkgevers treffen om werknemers tegemoet te komen zijn: budgetcoaches, een verhoging van de reiskostenvergoeding of het loon, het aanbieden van meer werkuren, het op verzoek eerder uitbetalen van vakantiedagen en vakantiegeld, bijdragen aan het verduurzamen van het huis van de werknemer of het aanbieden van een leasefiets (vanwege de hoge brandstofprijzen). 

OR kan opties voor steun bespreken met bestuurder  

In organisaties waar de werkgever de werknemers (nog) geen ondersteuning biedt maar dit wel nodig is, kan de OR de bestuurder attenderen op het belang van steun en de mogelijkheden daarvoor. Werknemers die met financiële problemen kampen, ervaren vaak veel stress en functioneren en presteren daardoor minder. Ook kan het leiden tot een hoger ziekteverzuim. Dat is dus – zeker voor de langere termijn – ook nadelig voor de organisatie. Is er sprake van loonbeslag, dan vraagt dit ook van de organisatie om extra administratieve handelingen. Werknemers met financiële probleem ondersteunen (artikel), is dus niet alleen in belang van de werknemers, maar zeker ook in het belang van de organisatie. De OR kan de opties voor ondersteuning bespreken met de bestuurder. De OR kan het onderwerp op de agenda voor de overlegvergadering zetten (artikel 24 WOR), maar ook tussentijds hierover een overleg met de bestuurder aanvragen of bij hem een concreet initiatiefvoorstel indienen (artikel 23 WOR). De steun aan werknemers kan variëren van het bieden van informatie over bespaartips of budgetteren, gesprekken met een vertrouwenspersoon of een doorverwijzing naar hulpinstanties tot een eenmalige uitkering of een structurele loonsverhoging. De mogelijkheden zijn ook afhankelijk van de beschikbare middelen en zullen dus verschillen per organisatie.

Vakbonden pleiten voor structurele loonsverhoging

Vakbonden FMV en CNV juichen de initiatieven van werkgevers toe, maar stellen dat er flinke structurele loonsverhogingen nodig zijn om dit probleem echt aan te pakken. Bij een eenmalige bonus gaat een groot deel immers alsnog naar de fiscus en niet naar de werknemer. Werkgevers zijn vooralsnog echter huiverig om loonsverhogingen door te voeren. AWVN pleit er daarom voor om de belasting op bonussen te verlagen, zodat werknemers daar meer profijt van hebben. Via cao-onderhandelingen kunnen sommige werknemers echter toch rekenen op een loonsverhoging. Uit voorlopige cijfers van AWVN blijkt dat de gemiddelde loonsverhoging 6,4% bedroeg in de zeventien cao’s die in november zijn afgesloten. In oktober was die gemiddelde stijging nog 4,7%. Deze stijging betreft nieuwe cao’s. Reeds lopende cao’s vallen er niet onder. De totale loonstijging van werknemers ligt dus een stuk lager.