Gebruikelijk loon mag dga niet tijdsgelang bepalen
Een directeur-grootaandeelhouder (dga) die niet het hele jaar werkzaamheden heeft verricht voor een bv mag geen rekening houden met een tijdsgelang gebruikelijk loon. Dit is onlangs door Hof Amsterdam aangegeven.
Een dga is verplicht om in de loonaangifte een salaris op te laten nemen dat ‘gebruikelijk’ is voor zijn werk. Om het gebruikelijk loon te bepalen (toolbox) moet de werkgever (zijn bv) kijken naar wat een werknemer in de ‘meest vergelijkbare dienstbetrekking’ verdient maar in principe tenminste een gebruikelijk loon van € 48.000 (in 2022). Maar hoe zit dit als er maar een deel van het jaar werkzaamheden door de dga worden verricht?
Navorderingsaanslag opgelegd
In deze zaak ging het om bovenstaande vraag. Een dga verrichtte werkzaamheden voor een bv. Hiervoor ontving de bv waarin hij aandelen hield een bedrag van ruim € 88.000. De dga nam echter geen bedrag aan loon op in zijn aangifte inkomstenbelasting. De fiscus legde hem daarom een navorderingsaanslag op, waarbij rekening werd gehouden met een gebruikelijk loon van € 44.000 (minimumbedrag 2016) . De dga was het hier niet mee eens omdat hij niet het hele jaar voor de bv werkzaamheden had verricht.
Meest vergelijkbare dienstbetrekking van belang
Rechtbank Noord-Holland wees het beroep af door te stellen dat het gebruikelijk loon niet tijdsevenredig wordt vastgesteld. In hoger beroep bevestigde het gerechtshof de uitspraak van de rechtbank. In principe moet een dga een gebruikelijk loon van € 44.000 (video) in de aangifte opnemen. Dat hij niet het hele jaar werkzaamheden had verricht was daarbij niet van belang. Daarnaast had de bv een bedrag van € 88.000 ontvangen en was er een auto aan de dga ter beschikking gesteld. En was de dga niet met bewijzen gekomen dat het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking lager was dan € 44.000. Allemaal aspecten die het voor de rechter duidelijk maakte dat de navorderingsaanslag terecht was opgelegd.
Gerechtshof Amsterdam, 28 juli 2022 (gepubliceerd 28 september 2022), ECLI (verkort): 2788