Dga heeft hoop rekenwerk te doen na Prinsjesdag
Directeuren-grootaandeelhouders (dga’s) en bv’s hebben op Prinsjesdag flink wat rekenhuiswerk meegekregen van het kabinet. Want er wordt de komende tijd gesleuteld aan de tarieven in de vennootschapsbelasting (VPB) en in box 2 van de inkomstenbelasting. Vraag is dus: hoe pakt dat allemaal uit?
De Prinsjesdag-plannen zijn voor dga’s en bv’s niet bepaald feestelijk. Samengevat:
- Het lage tarief in de VPB gaat omhoog van 15% naar 19% en de grens tot waar dit lage tarief geldt zakt van de huidige € 395.000 naar € 200.000.
- Vanaf 2024 komen er twee schijven in box 2: tot € 67.000 is het tarief 24,5% en daarboven is het 31%.
- De zogeheten doelmatigheidsmarge voor het bepalen van het gebruikelijk verdwijnt, waarschijnlijk vanaf 2023. Dit betekent dat dga’s een hoger salaris moeten hanteren.
Loon of dividend voor de dga?
Dit alles is bijvoorbeeld van belang voor de vraag: is het fiscaal voordeliger voor de dga om zichzelf meer loon te laten betalen of juist een dividenduitkering te doen? Want voor loon geldt het tarief in box 1 van de inkomstenbelasting, en voor dividend het gecombineerde tarief in de VPB en box 2. In box 1 zakt het tarief in de eerste schijf naar 36,93% in 2023 (met een toptarief van 49,5%). Het minimale gecombineerde tarief komt in 2023 uit op 40,79% (namelijk 19% VPB en 26,9% in box 2). In 2024 is het minimaal 38,85%, omdat dan het laagste tarief in box 2 uitkomt op 24,5%.
Wat bij een dividenduitkering op termijn ook nog meespeelt, is het plan om de algemene heffingskorting aan te passen. Deze korting hangt af van de hoogte van het inkomen, en het plan is om vanaf 2025 daarbij ook inkomen uit box 2 en box 3 mee te laten tellen. Voor een dga die een dividenduitkering krijgt, is de kans dus groot dat hij de heffingskorting misloopt.
Winst in 2022 nog veel lager belast
Verder is helder dat 2022 fiscaal gezien een veel voordeliger jaar is om winst te maken dan 2023. Want volgend jaar valt de winst van de bv al vanaf € 200.000 in het hoge tarief van 25,8%. Menig onderneming zal dus proberen om winst naar voren te halen, bijvoorbeeld door een bedrijfsmiddel nog dit jaar te verkopen in plaats van volgend jaar. Daarover gesproken: voor de verkoop van een bedrijfspand geldt dit jaar nog een tarief van 8% overdrachtsbelasting. In 2023 wordt dit 10,4%.
Wijzigingen in gebruikelijk loon dga
Het afschaffen van de doelmatigheidsmarge bij het gebruikelijk loon komt er kort gezegd op neer dat dga’s die nu gebruikmaken van die marge een hoger loon zullen moeten hanteren. Dga’s moeten zelf zorgen dat zij de hoogte van hun gebruikelijk loon kunnen onderbouwen. Maar de vuistregel is dat het gelijk is aan het salaris van iemand in de ‘meest vergelijkbare dienstbetrekking’. Vanwege de doelmatigheidsmarge mocht de dga het gebruikelijk loon dan op 75% van dit vergelijkbare salaris stellen. Door het vervallen van die marge moet dat 100% worden. Het zal tegenover de fiscus niet meevallen om aan te tonen dat het salaris dat dit jaar nog vergelijkbaar was, volgend jaar ineens niet meer vergelijkbaar is. Het wordt dan voor de dga dus ingewikkeld om hetzelfde loon aan te houden.
Investeringsaftrek en compensatie kosten mkb
Het is overigens niet alleen maar kommer en kwel met de Prinsjesdag-plannen voor bv’s. Zo komt er meer budget voor de investeringsaftrek bij het aanschaffen van bedrijfsmiddelen die energiezuinig of goed voor het milieu zijn. Ook staat er deze kabinetsperiode € 500 miljoen per jaar ingetekend om de gestegen lasten van mkb’ers te compenseren. Los daarvan werkt het kabinet aan een plafond in de energieprijzen speciaal voor het mkb.