U bent hier

Organisatie & Leidinggeven
Per 1 juli einde aan afspraken over grensarbeiders

Per 1 juli einde aan afspraken over grensarbeiders

Nederland sloot met België en Duitsland vanwege de coronacrisis overeenkomsten om dubbele heffing van loonbelasting voor grensarbeiders te vermijden. Deze overeenkomsten eindigen per 1 juli 2022.

De afspraken die Nederland maakte met België en Duitsland over grensarbeiders in loondienst, eindigen per 1 juli 2022. Deze afspraken waren gemaakt vanwege de coronapandemie en gingen over de loonbelasting voor werknemers die in Nederland wonen maar voor een Nederlandse organisatie in Duitsland of België werken. Door de afspraken konden thuiswerkdagen worden behandeld als dagen die gewerkt zijn in het land waar de grensarbeider onder normale omstandigheden zou hebben gewerkt. Er kon dus worden uitgegaan van het land waar werknemers normaal gesproken zouden werken.

Werkland is normaliter verantwoordelijk voor aangifte loonheffingen

Normaal gesproken heft het land waar werknemers werken (werkland) de loonbelasting via de aangifte loonheffingen. Het land waar zij wonen (woonland) mag alleen belasting heffen op grond van de zogenoemde 183-dagenregeling. Doordat werknemers door de coronacrisis langere tijd gedwongen thuis zaten, konden zij te maken krijgen met een verschuiving van het heffingsrecht van het werkland naar het woonland. Dit kon leiden tot negatieve gevolgen voor het inkomen, onzekerheid bij de werknemer en administratieve lasten voor de werkgever.
Bij grensarbeiders die ook na 1 juli aanstaande veel blijven thuiswerken, kan het zijn dat hun inkomen (deels) vanaf die datum in hun woonland zal worden belast.