U bent hier

Onderneming & Administratie
Winstgrens voor laag VPB-tarief terug naar € 200.000

Winstgrens voor laag VPB-tarief terug naar € 200.000

Ondernemingen kunnen maar kort genieten van de fikse verhoging van de winstgrens voor het lage tarief in de vennootschapsbelasting (VPB). Dit jaar geldt het tarief van 15% tot € 395.000 winst. Maar in de Voorjaarsnota wordt de winstgrens vanaf 2023 weer verlaagd naar € 200.000.

Het kabinet komt in de Voorjaarsnota met flinke belastingingrepen om tegenvallers in de begroting op te vangen. Het verlagen van de winstgrens levert € 1,3 miljard op. Want ondernemingen komen vanaf 2023 dus weer eerder terecht in het hoge VPB-tarief van 25,8%. Er zijn overigens nog geen wijzigingen in de tarieven zelf voorgesteld.

VPB-opbrengst vanuit Europa vertraagd

Binnen de VPB moet er voor 2023 een begrotingsgat van € 1 miljard gedicht worden. Het kabinet heeft namelijk als doel om deze regeerperiode structureel € 1 miljard méér op te halen aan VPB. Dat geld zou onder meer moeten komen van internationale maatregelen tegen belastingontwijking. Het plan is onder meer om een wereldwijd minimumtarief van 15% VPB in te voeren. Maar de invoering daarvan in Europa is vertraagd en komt in elk geval een jaar later dan het kabinet gedacht had. Daarom moet er voor 2023 al € 1 miljard aan opbrengsten gevonden worden, en dat gaat dus via het verlagen van de winstgrens.

Aandacht voor ‘opknippen’ concerns

Sinds de winstgrens fors is opgeschroefd klinkt er al uit verschillende hoeken kritiek. De maatregel zou concerns er namelijk toe kunnen aanzetten om zich om fiscale redenen ‘op te knippen’. Dan kunnen immers alle afzonderlijke bv’s tot € 395.000 winst profiteren van het lage tarief, in plaats van dat het concern dat maar één keer kan. Het kabinet heeft daarom eerder al toegezegd om hier extra op te letten. Maar het bijna halveren van de winstgrens voor het lage VPB-tarief maakt de ‘opknip-prikkel’ uiteraard ook al een stuk minder groot.