Tijd om in te loggen in systeem geldt als arbeidstijd
Een werkgever die werknemers vraagt om tien minuten vóór de start van de werkzaamheden aanwezig te zijn, moet ermee rekening houden dat die minuten arbeidstijd kunnen zijn. Dat blijkt uit een zaak bij Rechtbank Den Haag die afgelopen week werd gepubliceerd.
Een werknemer in de functie van contact center medewerker stapte naar de rechter omdat hij van mening was dat hij sinds 2016 onvoldoende loon had ontvangen. Zijn werkgever verlangde van hem dat hij dagelijks om 08.50 uur aanwezig was op het werk. De werknemer had dan voldoende tijd om tien benodigde computerprogramma’s op te starten, zodat hij om 09.00 uur direct kon beginnen met belwerkzaamheden. Die tien minuten betaalde de werkgever niet uit.
Tienminutenregel in personeelsreglement opgenomen
In het contract van de werknemer was bepaald dat zijn loon afhankelijk was van het aantal gewerkte uren. Wel gold er een minimum van 32 uur per week. In een personeelsreglement stond dat de begintijd van 09.00 uur betekende dat de werknemer exact op dat tijdstip klaar moest zitten om zijn eerste belletje aan te nemen of te maken. De werknemer zou zich daarom tien minuten voor aanvang moeten melden. Verder was relevant dat de cao verplichtte over meeruren loon te betalen, tenzij het ging om werk van minder dan vijf minuten extra voor het afhandelen van klantcontact.
Werkgever ziet tien minuten niet als arbeidstijd
De werkgever vond de tien minuten juridisch gezien geen arbeidstijd. Werknemers hoefden in deze minuten geen werk te doen; de werkgever verwachtte alleen dat werknemers zich voorbereidden om direct aan de slag te kunnen om 09.00 uur. De werkgever liet na de loonvordering onderzoek doen. Daaruit bleek dat opdrachtgevers verlangden dat werknemers tussen de 20 en 6 minuten vóór de dienst inlogden. Ook kwam naar voren dat de werknemer uit deze zaak gemiddeld 3,76 minuten voor 09.00 uur inlogde en dat hij regelmatig precies op tijd of te laat inlogde.
Tienminutenregel is geen vrijblijvend advies
De kantonrechter stelde vast dat de tienminutenregel in het reglement in de gebiedende wijs was geformuleerd. Ook erkende de werkgever dat een werknemer een waarschuwing kreeg als hij te laat was ingelogd en dat er bij herhaling sancties konden volgen. De tienminutenregel was dus geen vrijblijvend advies, maar een verplichting. Hoeveel voorbereidingsminuten er nodig waren, kon per keer verschillen, maar de werknemer had hoe dan ook tijd nodig. In die tijd golden opstartinstructies van de werkgever. Kortom: de tien minuten waren aan te merken als arbeidstijd. Op basis van het arbeidscontract en de cao moest de werkgever over die tijd loon betalen. De werknemer kreeg ongeveer € 2.900 aan loon. RTL Nieuws meldt dat de werkgever in hoger beroep is gegaan. Als alle medewerkers loon gaan opeisen over de tien minuten, zal de uitspraak grote impact hebben.
Rechtbank Den Haag, 8 december 2021, ECLI (verkort): 16078