Beroepsziekten door contact met biologische agentia
Blootstelling aan biologische agentia in werksituaties kan ertoe leiden dat werknemers een beroepsziekte krijgen. De klachten en ziekten die kunnen optreden, zijn heel divers. Het nemen van maatregelen is maatwerk.
Doordat ook in werksituaties een verzameling van ziekmakende micro-organismen en stoffen en materialen afkomstig van levende en dode organismen voorkomt, kan ook een grote verscheidenheid aan klachten en ziekten optreden. Dat gaat van darminfecties, huidinfecties en tuberculose tot luchtwegallergieën en verkoudheid. Er is een globale driedeling te maken in de gezondheidsgevaren:
- infectieziekten door ziekmakende bacteriën, schimmels, virussen en protozoën;
- toxische effecten door afscheidingsproducten van micro-organismen;
- allergische effecten door micro-organismen, of door stoffen en structuren van levende of dode organismen.
Beroepsziekten in sectoren
Welke klachten en ziekten kunnen optreden, hangt af van het soort werkzaamheden en de aard van de bron. Enkele voorbeelden van bepaalde sectoren waarin het risico op een beroepsziekte door biologische agentia speelt, zijn:
- afvalverwerkende industrie: luchtwegallergieën door gisten, bacteriën en schimmels;
- agrarische sector: luchtwegklachten door endotoxinen (celwandresten van een bacterie), dierlijke eiwitten, plantaardige stof;
- kantooromgeving: luchtwegklachten door endotoxinen;
- kinderopvang: diarree door norovirus;
- organisaties voor groen- en natuurbeheer en -onderhoud: ziekte van Lyme door borrelia burgdorferi (bacterie).
Voorbeelden in de zorg
Werknemers in de zorgsector lopen bij hun werk risico om in contact te komen met schadelijke micro-organismen. Dat speelt al bij allerlei basishandelingen van het werk. Blootstelling kan plaatsvinden via vloeistoffen of vaste stoffen (bijvoorbeeld bloed, ontlasting, wondvocht en speeksel), via de lucht en via besmette voorwerpen. Ook zaken als medisch afval en wasgoed zijn besmettingshaarden. De meeste zorginstellingen kunnen voor preventie en maatregelen gebruikmaken van de oplossingen in de arbocatalogus van hun branche.