U bent hier

Onderneming & Fiscus
Aantal cao-afspraken over RVU neemt toe, nu uitkeringen nog

Aantal cao-afspraken over RVU neemt toe, nu uitkeringen nog

In een fors deel van de cao’s is inmiddels een afspraak gemaakt over regelingen voor vervroegde uittreding (RVU’s), zo bleek onlangs uit een Kamerbrief van demissionair minister Koolmees van SZW. Het aantal RVU-uitkeringen valt echter nog wat tegen.

Op 1 januari 2021 is de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen ingegaan. Deze wet regelt dat een werkgever vertrekkende werknemers vanaf 36 maanden voor hun AOW-leeftijd maximaal € 22.164 bruto per jaar (bedrag 2021) mag meegeven, zonder dat hij daarover de RVU-heffing van 52% aan de fiscus moet betalen. De regeling is tijdelijk en geldt tot en met 2025. Werknemers voor wie het lastig is om gezond werkend de steeds hogere AOW-leeftijd te halen, kunnen met de RVU eerder uit het arbeidsproces treden. In cao’s zijn hierover afspraken te maken. Het ministerie van SZW heeft in een analyse vastgesteld dat dit al volop gebeurt. De AWVN kwam eerder tot dezelfde conclusie.

Aantal dienstjaren en type functie zijn criteria voor RVU

In maart 2021 gold voor 27% van de werknemers die onder een cao vielen, een RVU-afspraak. Eind juni was dit gestegen naar 35%. Soms ging het om een concrete regeling, soms om een plan. In een meerderheid van die cao’s staat dat de RVU alleen beschikbaar is voor werknemers in bepaalde functies en/of met een minimumaantal dienstjaren (uiteenlopend van 5 tot 45 jaren). Vrijwel in alle cao’s wordt de RVU-uitkering gemaximeerd op de wettelijke fiscale grens van € 22.164, al krijgen parttimers meestal een bedrag naar rato. Ook de maximale duur van de vrijstelling wordt in de cao’s niet overschreden. De cao-afspraken lijken af te worden gestemd op de subsidieregeling voor RVU’s, die de wettelijke maxima voor de duur en uitkering verplicht en generieke regelingen uitsluit.

Meer RVU-uitkeringen bij hogere drempelvrijstelling

In de eerste vier maanden van 2021 ontvingen 1.447 uit dienst tredende werknemers – vaak in de sector bouw of politie – voor het eerst een RVU-uitkering. Daarmee loopt het nog geen storm. Het werkelijke aantal RVU-uitkeringen kan wel iets hoger zijn omdat werkgevers de RVU niet altijd goed registreren in de loonaangifte en dit analyses van UWV verstoort. Naar schatting van SZW wil rond de 20% van de doelgroep ook echt een RVU overeenkomen. Het aantal uitkeringen zal de komende tijd toenemen als er meer (cao-)afspraken volgen of als het vrijgestelde bedrag (artikel) wordt aangepast; de uitkering is voor veel werknemers nu te laag om eerder te kunnen stoppen met werken. De havenbranche pleitte daarom vorige week in het FD voor een hoger vrijgesteld bedrag.