U bent hier

7.1 Aanwezigheid van stoffen

Dit artikel is eerder verschenen als Themadossier Arbo Rendement
Publicatiedatum: juni 2021

houtstof

Gevaarlijke stoffen die geproduceerd worden of op voorraad zijn, zijn makkelijk te herkennen. Maar er zijn ook stoffen die óf (in)direct gebruikt worden bij de productie, zoals schoonmaakmiddelen, óf ontstaan bij de productie, zoals sommige soorten houtstof die kanker kunnen geven. Alleen de aanwezigheid van die stoffen geeft al gevaar.

Pictogrammen

arbodienst

Als er een risico is, horen producten geleverd te worden in een verpakking met pictogrammen en teksten. De leverancier moet een Veiligheidsinformatieblad (VIB) geven. Verder is het belangrijk dat u zich oriënteert op branche-informatie, de arbodienst of het Chemiekaartenboek.

Bedenk dat middelen soms explosief kunnen zijn of van eigenschap veranderen. Twee gemengde middelen geven soms spatten en dampen. ‘Natuurlijke’ stoffen zonder VIB, zoals meelstof, kunnen allergieën geven.

Gegevens vastleggen

verpakking

blootstelling

U moet per stof gegevens vastleggen, op papier of digitaal.

  • Hoeveelheden en de naam. Dat is de chemische, handels- of productnaam; met (chemische of EG-)nummers.
  • Gevaren: check de verpakking en het VIB. Soms moet u zelf op zoek, bijvoorbeeld met branche-informatie.
  • Eventuele grenswaarde(n), dat is de maximaal aanvaarde blootstelling, ook van gemengde stoffen.
  • Soort werk: wanneer is (mogelijk) sprake van blootstelling? Bij welke taken en handelingen precies?
  • Wijze van blootstelling: via inademing, de huid of de mond.

Extra gevaarlijke stoffen

CMR-stoffen

Er bestaan ook stoffen die kanker verwekken, het erfelijk materiaal veranderen of schadelijk zijn voor de voortplanting en voor een ongeboren kind. Dit zijn de zogenoemde CMR-stoffen. Daarvoor geldt een zwaarder wettelijk regime. De RI&E moet onder andere uitleggen waarom met de stoffen of het gevaarlijke procedé wordt gewerkt, en waarom vervanging technisch niet uitvoerbaar is. Ook moeten namen van betrokken werknemers worden vastgelegd.

Metingen

arbodienst

Met een meting bepaalt u het blootstellingsniveau. Dat volgt uit concentratie van de stof en tijd van de blootstelling. Er kunnen (dure) metingen nodig zijn, maar vaak volstaat schatting op basis van (branche-)informatie over vergelijkbaar werk. De uitkomst moet deskundig getoetst worden door een arbeidshygiënist of arbodienst. Dat geldt niet voor werkgevers met ten hoogste 25 werknemers en een erkend branche-RI&E-instrument.

Vaak blijft blootstelling van werknemers beneden een risicovol niveau. Toch moet uw werkgever verantwoordelijkheid tonen door het traject te doorlopen. De Inspectie kan bij een bezoek een risicovol proces met stoffen vaak niet waarnemen.

Maatregelen en borging

werkwijze

Bij overschrijding van de grenswaarde of een ander gevaar (zie paragraaf 7.3), zijn maatregelen verplicht. Voorlichting en instructie zijn altijd nodig! U volgt de werkwijze van RI&E en plan van aanpak. Let steeds op: zijn er nieuwe producten, nieuwe medewerkers? Check alles eens per jaar tijdens de arborondgang.

Voorbeelden van stoffen waarbij u alert moet zijn: lijm, verf, schoonmaak-, genees- of bestrijdingsmiddelen. Ook dampen: oplosmiddel, uitlaatgas, lasrook, stof van steen, beton, metaal of hout. Niet te vergeten: stof van graan en diverse agrarische producten of voedingsmiddelen.