U bent hier

Onderneming & Personeel
SER: minder flexwerk, WIA-wijzigingen en één verlofregeling

SER: minder flexwerk, WIA-wijzigingen en één verlofregeling

Werkgevers- en werknemersorganisaties zijn tot een akkoord gekomen over de toekomst van de Nederlandse arbeidsmarkt. De Sociaal-Economische Raad (SER) heeft voor het kabinet een ontwerpadvies uitgebracht over het sociaal-economische beleid voor de komende vier jaar.

In het ontwerpadvies spreekt de SER onder andere over problemen op de arbeidsmarkt, zoals een toegenomen onzekerheid, ongelijkheid en ontevredenheid. Problemen die door de coronacrisis uitvergroot zijn. De SER wil de oorzaken van deze problemen aanpakken door flink te investeren in zogenoemde ‘brede welvaart’. Het advies lijkt grotendeels gebaseerd op het vorig jaar uitgebrachte adviesrapport van de commissie-Borstlap over de hervormingen van de arbeidsmarkt. De hoop en verwachting is dat een nieuw kabinet werk gaat maken van (een groot deel van) het advies.

Flexibele contracten worden verder beperkt

In het ontwerpadvies adviseert de SER een strikte regulering van flexibele contractvormen:

  • Maximaal drie tijdelijke contracten in drie jaar. De onderbrekingstermijn vervalt, behalve voor studenten en scholieren (zes maanden) en seizoenarbeiders (drie maanden).
  • Oproepcontracten verdwijnen. Er moet een aantal uren worden overeengekomen, minimaal gelijk aan het gemiddelde aantal gewerkte uren in een kwartaal. Ook hier zijn studenten en scholieren uitgezonderd.
  • Meer rechten voor uitzendkrachten. Onder andere door het terugbrengen van fase A uit de uitzend-cao van 78 naar 52 weken.
  • Verbetering van positie zelfstandigen. Ter voorkoming van schijnzelfstandigheid geldt dat voor werkenden die minder verdienen dan het maximumdagloon (€ 30 tot € 35 per uur) een rechtsvermoeden ontstaat dat zij werknemers zijn.

Vaste dienstverbanden aantrekkelijker

Ook adviseert de SER een aantal maatregelen om het vaste dienstverband te bevorderen:

  • Voor bedrijven in zware economische omstandigheden wordt het mogelijk om (tijdelijk) de arbeidsduur van werknemers met maximaal 20% te verlagen, op voorwaarde dat het loon volledig wordt doorbetaald. De werkgever krijgt 75% van de loonkosten over de verlaagde arbeidsduur vergoed vanuit de overheid.
  • Verlofregelingen zoals geboorteverlof, ouderschapsverlof en zorgverlof worden ondergebracht in één nieuwe regeling: het Maatschappelijk Verlof.
  • De loondoorbetalingsplicht in het tweede ziektejaar blijft gelden, maar de re-integratieregels worden versoepeld. Tegelijkertijd moet een WIA-uitkering ook mogelijk worden bij een inkomensverlies tussen de 15% en 35%.
  • Verkorting van de periode waarover werkgevers WGA-lasten direct betalen van tien naar vijf jaar.

Meer zekerheid inkomen en duurzame loopbaan

Verder pleit de SER onder meer voor:

  • Invoering van een minimumloon per gewerkt uur en verhoging van het wettelijk minimumloon met behoud van de koppeling aan uitkeringen. Ook wordt er een gedeeltelijke vrijstelling voor de werkgeverslasten ingevoerd.
  • Het doorzetten van het pensioenakkoord via het voorstel voor de Wet toekomst pensioenen.
  • Een meer positieve stimulering voor werkenden om zich te ontwikkelen of om te scholen. Hiervoor worden een groot aantal maatregelen genomen.

Ten slotte adviseert de SER de overheidssteun voort te zetten zolang er corona-gerelateerde beperkingen zijn. De overheid zou ook lastenverzwaringen en bezuinigingen achterwege moeten laten in de nasleep van de coronacrisis. Het komende jaar zal blijken wat het demissionaire en nieuwe kabinet met al deze adviezen gaan doen.