Eigendomsvoorbehoud preventiemiddel bij faillissement
Elke organisatie krijgt, zeker tijdens deze coronacrisis, wel eens te maken met debiteuren die de rekening niet kunnen betalen omdat ze failliet zijn. Als uw organisatie een goed debiteurenbeleid heeft, ziet u dit bij sommige debiteuren mogelijk aankomen, maar bij andere debiteuren kan het toch onverwacht zo ver zijn. Uw organisatie kan op zo’n moment de vordering bij de curator indienen, maar al in een eerder stadium zijn er mogelijkheden.
Voorkomen is beter dan genezen, ook bij faillissementen. Uw organisatie kan, in de positie van schuldeiser, eerder inspelen op een mogelijk faillissement van uw debiteur. Een van de mogelijkheden is de eigen (verkoop)voorwaarden geregeld onder het vergrootglas te leggen. Vaak schiet dat er bij in zodra ze gemaakt zijn. Datzelfde geldt voor (uitgebreide) contracten waarin een aantal vaste elementen zitten. Het zijn deze voorwaarden of contractsbepalingen die uw organisatie kunnen helpen om uw goederen bij een faillissementssituatie terug te halen. Dit heet het eigendomsvoorbehoud, dat geregeld is in artikel 3:92 van het Burgerlijk Wetboek.
De eigendomsoverdracht vindt plaats na betaling
Kortweg gezegd komt een eigendomsvoorbehoud erop neer dat uw organisatie goederen levert aan een klant, maar de eigendomsoverdracht (van uw organisatie naar de klant van de betreffende zaken) opschort tot de prestatie (lees: de betaling) door uw debiteur heeft plaatsgevonden. Uw organisatie moet dit eigendomsvoorbehoud wel afspreken of vastleggen in de algemene voorwaarden of het contract. Anders is de kans groot de vordering alleen bij het faillissement (tools) ingediend kan worden en uw organisatie bij de uitdeling van de curator achteraan in de rij van schuldeisers staat.
De debiteur moet akkoord gegeven hebben op de bepaling
Uw organisatie kan in de algemene voorwaarden de zin vastleggen: ‘De eigendom van de goederen gaat pas over op de afnemer op het moment dat deze de factuur voor de goederen betaald heeft.’ Deze bepaling houdt in dat als de afnemer de factuur niet betaalt, de organisatie haar goederen kan terugvorderen. Maar de bepaling gaat nog iets verder dan dat. Ze geldt namelijk ook op het moment dat de debiteur failliet gaat. Onder eigendomsvoorbehoud geleverde goederen vallen namelijk niet in de faillissementsboedel. Uw organisatie moet wel kunnen aantonen dat de debiteur akkoord is gegaan met de voorwaarden waarin het eigendomsvoorbehoud in is afgesproken. Een simpele verwijzing naar de algemene voorwaarden op de website, is dat niet voldoende. Het verstandigste is om de voorwaarden in het begin van de opdracht aan de afnemer toe te sturen en deze voor akkoord te laten ondertekenen en retourneren. Ook is het handig om in de facturen een verwijzing te maken naar de algemene voorwaarden of deze op de achterkant te laten afdrukken. Vergeet niet eventuele wijzigingen ook door te geven aan de debiteuren. Voor het beste resultaat tekent de afnemer ook deze voor akkoord. Als uw organisatie zorgvuldig is in het communiceren van (veranderingen in) de algemene voorwaarden, zal de curator het eigendomsvoorbehoud minder snel verwerpen.