Opname levenslooptegoed 2021 in aangifte loonheffingen
Voor levenslooptegoed dat de werknemer nog niet heeft opgenomen, is het fictieve genietingsmoment vervroegd van 31 december 2021 naar 1 november 2021. Dit betekent dat de levensloopregeling na 31 oktober 2021 niet meer het pakkie-an is van de werkgever.
Op 1 november 2021 – de dag dat de levensloopregeling eindigt – wordt de levensloopinstelling inhoudingsplichtig voor de waarde van alle levenslooptegoeden die dan nog op de levenslooprekening staan. Als een werknemer het tegoed opneemt vóór 1 november 2021, dan verandert er niets in de huidige gang van zaken. De (ex-)werkgever is dan inhoudingsplichtig voor de loonheffingen. Het is belangrijk dat hij altijd een nieuw nummer inkomstenverhouding gebruikt in de aangifte loonheffingen. Op Forum Salaris, een online platform van de Belastingdienst, is de handreiking over hoe de werkgever een opname van levenslooptegoed verwerkt in de aangifte loonheffingen onlangs geactualiseerd.
Leeftijd van werknemer is van belang
Hoe de werkgever moet omgaan met de opname van het levenslooptegoed hangt af van het geboortejaar van de werknemer die het tegoed opneemt. Is hij geboren na 1959, dan is de opname van het levenslooptegoed loon uit tegenwoordige dienstbetrekking. De werkgever telt de opname bij het reguliere loon en belast deze op dezelfde wijze. Wel mag de opgebouwde levensloopverlofkorting worden verrekend. Als de werknemer is geboren in 1959 of daarvoor (en dus 61 jaar of ouder was op 1 januari 2021) is de opname loon uit vroegere dienstbetrekking. De werkgever betaalt geen premies werknemersverzekeringen, maar wel werkgeversheffing Zorgverzekeringswet (ZVW).
Levensloopinstelling is inhoudingsplichtige
Op 1 november 2021 wordt de levensloopinstelling inhoudingsplichtig en belast zij de waarde in het economische verkeer van de levensloopaanspraak als loon. De levensloopinstelling moet hierover loonbelasting/premie volksverzekeringen inhouden en hiervoor aangifte loonheffingen doen. In de derde uitgave van de Nieuwsbrief Loonheffingen 2021 is hierover informatie opgenomen.
Deelnemer is geen werknemer
De deelnemer aan de levensloopregeling is voor de werknemersverzekeringen geen werknemer van de levensloopinstelling. De instelling meldt daarom bij de aangifte loonheffingen ‘N’ bij de indicaties verzekerd WAO/IVA/WGA, WW en ZW. Verder geeft hij € 0 aan bij de rubrieken loon SV, basispremie Aof, gedifferentieerde premie Whk, premie Awf (laag, hoog en herzien), premie Ufo, aanwas in het cumulatieve premieloon voor Awf en Ufo. Ook is over dit tegoed geen bijdrage ZVW verschuldigd. De levensloopinstelling vult daarom bij de rubrieken voor ingehouden bijdrage ZVW en werkgeversheffing ZVW € 0 in.