U bent hier

Onderneming & Arbo
Zet artikel 28, lid 1 WOR op de OR-agenda!

Zet artikel 28, lid 1 WOR op de OR-agenda!

Volgens artikel 28, lid 1 van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) moet de ondernemingsraad (OR) de naleving van de arbeidsvoorwaarden, de arbeidsomstandigheden en de arbeids- en rusttijden binnen de organisatie bevorderen. Dit is één van de speciale taken, ook wel zorgtaken of stimulerende taken genoemd, die de WOR aan de OR geeft.

De speciale taken van de OR zijn opgenomen in artikel 28 WOR. Dit artikel staat in hoofdstuk IV-A van de Wet op de ondernemingsraden. Dit is een belangrijk hoofdstuk voor OR-leden, want hierin staan de bijzondere bevoegdheden van de OR. Ook bijvoorbeeld het adviesrecht (artikel 25 WOR) en het instemmingsrecht (artikel 27 WOR) van de OR komen hier aan bod. De OR doet er verstandig aan om zich ook goed te verdiepen in de stimulerende taken van de OR die in artikel 28 WOR staan. 

OR moet naleving van arbeidsvoorwaarden en arbeidsomstandigheden bevorderen

Volgens het eerste lid van artikel 28 WOR moet de OR de naleving van de arbeidsvoorwaarden, de arbeidsomstandigheden en de arbeids- en rusttijden ‘zoveel als in zijn vermogen ligt’ bevorderen. De raad moet hierbij niet alleen in de gaten houden of de bestuurder de regels goed naleeft, maar ook onderzoeken of een andere aanpak gewenst is. Daarvoor heeft de OR veel informatie nodig. De OR kan artikel 28 WOR prima inzetten om meer informatie bij de bestuurder op te vragen over de genoemde onderwerpen. Ook een inventarisatie onder de achterban kan de OR veel nuttige informatie opleveren. Aan de hand van de verzamelde gegevens kan de OR bij de bestuurder een verbetervoorstel indienen. De OR kan hiervoor zijn initiatiefrecht (artikel 23, lid 3 WOR) gebruiken.

OR kan initiatiefrecht gebruiken om bij bestuurder verbetervoorstel in te dienen

Als de bestuurder een regeling die betrekking heeft op de arbeidsvoorwaarden, arbeidsomstandigheden of de arbeids- en rusttijden wil gaan wijzigen of intrekken, of een nieuwe regeling op dit gebied wil invoeren, moet hij de OR vooraf om instemming vragen (artikel 27, lid 1 WOR). Als een wijziging niet aan de orde is, maar de OR vindt een verbetering wenselijk of noodzakelijk, dan kan de raad de bestuurder hiertoe met een schriftelijk initiatiefvoorstel ook ongevraagd adviseren. Vanuit het initiatief- en instemmingsrecht kan de OR dus veel invloed uitoefenen op het gebied van de arbeidsomstandigheden en de arbeids- en rusttijden.

OR kan hulp van externe instantie inroepen om naleving te stimuleren

Komt de OR er niet uit met de bestuurder, dan kan hij ook de hulp inroepen van externe instanties, zoals Inspectie SZW of de vakbonden, om de bestuurder ertoe aan te zetten dat hij de regelingen op het gebied van de arbeidsvoorwaarden, de arbeidsomstandigheden en de arbeids- en rusttijden naleeft. Inschakeling van Inspectie SZW of de vakbond kan de relatie met de bestuurder echter wel op scherp zetten. De OR doet er dus goed aan om eerst te proberen om in overleg met de bestuurder tot een oplossing te komen die voor alle betrokkenen aanvaardbaar is.