Rol OR bij (dreigend) faillissement
In 2022 gingen 2.144 bedrijven failliet, blijkt uit voorlopige cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Dit is het op één na laagste aantal sinds de start van de statistiek in 1981. Alleen in 2021 was het aantal faillissementen nog lager. Welke rol speelt de OR bij een (dreigend) faillissement en de periode hierna?
Door steunmaatregelen van de overheid was het aantal faillissementen tijdens de coronacrisis lager dan in de jaren ervoor. In augustus 2021 bereikte het aantal faillissement een laagterecord. Sindsdien liep het aantal weer langzaam op en in december 2022 lag het aantal faillissementen op het hoogste niveau sinds mei 2020. De ondernemingsraad (OR) moet goed weten wat zijn rechten zijn, want bij een faillissement staat de OR zeker niet buitenspel.
OR heeft adviesrecht na aanvraag surseance of faillissement
Bij het aanvragen van surseance (uitstel) van betaling of van een faillissement heeft de OR geen advies- of instemmingsrecht. De raad heeft echter wel adviesrecht bij wat er daarna met de onderneming gebeurt. Tijdens de surseance krijgt een bewindvoerder de zeggenschap over de organisatie. Na het uitspreken van het faillissement is dat de curator. Als zij besluiten willen nemen waarbij de OR volgens artikel 25, lid 1 WOR adviesrecht heeft, moeten zij hierover eerst advies vragen aan de OR. Denk aan de verkoop van (delen van) de organisatie, het aantrekken van een belangrijk krediet of het beëindigen van bedrijfsactiviteiten.
OR kan verzet aantekenen tegen faillissement
Bij een faillissement moeten er binnen korte tijd veel belangrijke beslissingen worden genomen over de toekomst van de organisatie. De OR moet dus onder grote tijdsdruk zijn advies formuleren over een mogelijke doorstart. De curator zal bepalen binnen welke termijn de OR zijn advies mag uitbrengen. Deze termijn is minimaal drie dagen.
Is de OR het niet eens met de faillissementsaanvraag, dan kan de OR als belanghebbende verzet aantekenen tegen het faillissement. Bijvoorbeeld als de OR kan aantonen dat de organisatie niet is opgehouden om te betalen of wel degelijk in staat is om aan zijn financiële verplichtingen te voldoen. Ook in dat geval moet de OR snel handelen. De OR moet dit verzet dan binnen 8 dagen na het uitspreken van het faillissement aangetekend hebben verstuurd.
Duidelijke afspraken met de curator
Bij een faillissement doet de OR er verstandig aan om duidelijke afspraken te maken met de curator over de procedures en gevolgen voor de achterban. En ook al moet de OR snel schakelen, de raad moet zich niet onder druk laten zetten.