Banken kunnen nog steeds coronacrisis het hoofd bieden
Voorafgaand aan de coronapandemie hebben banken voldoende buffers opgebouwd om zes maanden lang kredietverliezen op bedrijfsleningen op te vangen. Als meer ondernemingen problemen krijgen met het terugbetalen van leningen, kan wel op een gegeven moment de positie van banken worden aangetast, aldus het Centraal Planbureau (CPB).
In een zwaar crisisscenario – denk aan twaalf maanden van forse omzetverliezen – daalt de gemiddelde kapitaalratio verder. Daardoor neemt de druk op de kapitaalpositie van banken toe, ondanks de steunpakketten die dan mogelijk nog van kracht zijn. De duur en omvang van problemen bij ondernemingen en banken als gevolg van de coronacrisis, hangen volgens het CPB, ook sterk af van steunmaatregelen van de overheid en van hun omvang en reikwijdte.
Horeca, cultuur, sport en recreatie
Het CPB meet de kwetsbaarheid van ondernemingen aan de hand van het faillissementsrisico en de solvabiliteitspositie. De grootste solvabiliteitsproblemen zijn waar te nemen in de horeca en de sector cultuur, sport en recreatie. In die sectoren is ook het risico op faillissementen hoog. Ook kleinere ondernemingen die jonger en financieel minder gezond zijn, lopen een groter risico op een faillissement. De beperkte toename in het aantal faillissementen en solvabiliteitsproblemen tot dusverre komt mede door de hoeveelheid steunmaatregelen van de overheid.
Probleemleningen verzwakken de kapitaalpositie van banken
Een toename van faillissementen zal een groot effect hebben op de economische crisis. Faillissementen zullen gepaard gaan met het ontslag van werknemers en het verlies van productief kapitaal. Een faillissement kan ook weer andere faillissementen veroorzaken, omdat de ondernemingen onderdeel zijn van een productieketen. Ook kan een forse toename van financiële problemen bij ondernemingen leiden tot een grotere vraag naar probleemleningen. Worden die verstrekt door banken, dan kan dat ertoe leiden dat de kapitaalpositie van banken verder wordt verzwakt.