Roep om snellere teruggave BTW bij wanbetalers

Ondernemers moeten sneller BTW kunnen terugkrijgen op facturen die 'oninbaar' blijken te zijn. Nu moeten zij minstens 1 jaar wachten voordat zij de BTW kunnen terugvragen. In de Tweede Kamer en in de markt klinkt de roep om die termijn in te korten.

Ondernemers die blijven zitten met een onbetaalde rekening kunnen het BTW-bedrag terugvragen. Want vaak hebben zij de factuur wel al in hun BTW-aangifte (toolbox) verwerkt en dus afgedragen. Ondernemers kunnen de te veel betaalde belasting door de oninbare factuur verwerken in hun eigen BTW-aangifte.

Rekening is na 1 jaar ‘oninbaar’ voor BTW

Het terugvragen van de BTW na een wanbetaling mag pas als de vordering ‘oninbaar’ is (infographic). Dat is volgens de regels zo als de uiterlijke betaaltermijn minstens 1 jaar is verstreken. Als er geen betaaltermijn op de factuur staat, geldt de wettelijke termijn van 30 dagen.
Die terugvraagtermijn van 1 jaar is in de huidige crisistijd veel te lang, zo klinkt het bij ondernemers, experts en in de Tweede Kamer. Zo heeft de vereniging van belastingadviseurs NOB eerder dit jaar al opgeroepen om de termijn te verkorten. De VVD heeft inmiddels Kamervragen gesteld aan staatssecretaris Hans Vijlbrief van Financiën, naar aanleiding van een artikel over de problematiek in het FD. De partij wil van de bewindsman weten of hij de termijn tijdelijk wil terugbrengen naar bijvoorbeeld 3 maanden. De Belastingdienst zegt namelijk in het FD dat de fiscus ‘geen toegevoegde waarde’ ziet in het verkorten van de termijn. Dat komt onder meer doordat ondernemers al algemeen uitstel van belastingbetaling kunnen krijgen in de coronacrisis.

Vijlbrief ziet algemene BTW-verlaging niet zitten

De VVD wil van Vijlbrief weten of hij kan toelichten waarom er geen toegevoegde waarde is. En of hij niet óók de mening deelt dat ‘in deze uitzonderlijke tijden zelfs een beperkte vooruitgang een verbetering kan zijn’.
Vraag is of Vijlbrief een eventuele tijdelijke verkorting van de termijn ziet zitten. Eerder wees hij de roep om een tijdelijke algemene BTW-verlaging van de hand, onder meer omdat de systemen bij de Belastingdienst dat niet aankunnen.