Arbeidsomstandigheden door arbocatalogus verbeterd
Soms vragen werkgevers zich af waarom ze nog een arbocatalogus zouden moeten gebruiken als ze ook al een risico-inventarisatie en -evaluatie is. Natuurlijk mag een werkgever afwijken, maar hij moet wel minimaal dezelfde bescherming bieden.
Het doel van de arbocatalogus is een bijdrage leveren aan het verbeteren van de arbeidsomstandigheden. Het gaat erom dat iedereen in een branche of sector – dus van directeur tot loopjongen – kan opzoeken hoe hij veilig kan werken. De arbocatalogus is niet verplicht, want het is een vrijwillige overeenkomst tussen de sociale partners. Organisaties zijn dus ook niet verplicht om de catalogus te gebruiken. Wel moeten werkgevers dan alle risico's ondervangen door deze op te nemen in de RI&E.
Voordelen van afspraken per sector
De inhoud van de arbocatalogus is gericht op maatregelen die doeltreffend zijn tegen de specifieke risico’s van de gehele sector. Dat brengt een paar voordelen met zich mee:
- er is duidelijkheid over arbomaatregelen in de sector. Dat voorkomt dat het bijvoorbeeld bij het ene metaalbedrijf veiliger werken is dan bij het andere. Dat komt ook het imago van de sector ten goede;
- het voorkomt dat er concurrentie plaatsvindt tussen bedrijven in de sector op arbeidsomstandigheden (tool);
- er zijn minder controles nodig door Inspectie SZW en als er controle is kan die efficiënter worden uitgevoerd.
Arbocatalogus als leidraad voor controle
Inspectie SZW keurt een arbocatalogus niet alleen voordat deze ingaat, maar gebruikt hem daarna ook als leidraad bij controles. Werkgevers kunnen dus inschatten op welke punten zij controle kunnen verwachten. Branches met een arbocatalogus zullen normaal gesproken minder frequent bezoek krijgen van de inspectiedienst. Een sector zonder arbocatalogus loopt juist het risico dat de Inspectie besluit om intensiever en frequenter te controleren.