Pensioenakkoord verplicht werkgevers tot transitieplan
Het pensioenakkoord heeft tot gevolg dat alle bestaande pensioenregelingen wijzigen. Werkgevers zijn wettelijk verplicht om voor deze overstap naar een nieuwe pensioenregeling een zogenoemd transitieplan op te stellen. Dit transitieplan is een belangrijk document voor de instemming van de OR met de wijziging van de pensioenovereenkomst.
De praktische uitvoering van de vele wijzigingen als gevolg van het pensioenakkoord, vragen om een zorgvuldige voorbereiding. Het kabinet heeft daarom in de hoofdlijnennotitie Pensioenakkoord de periode 2022-2026 aangemerkt als transitieperiode. Dit betekent dat alle wet- en regelgeving voor de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel op 1 januari 2022 van kracht moet worden. Daarna krijgen de sociale partners tot 1 januari 2026 de tijd om met de werkgevers en pensioenuitvoerders afspraken te maken over de nieuwe pensioenregeling en over een compensatieregeling voor werknemers die door de overgang naar de nieuwe pensioenregeling worden benadeeld.
Transitieplan pensioen bevat verplichte onderdelen
Een wettelijk verplicht onderdeel van deze transitiefase is het transitieplan. In dit plan moet de werkgever alle keuzes, overwegingen en berekeningen die ten grondslag liggen aan de nieuwe pensioenregeling opnemen. Het plan vormt daarmee een verantwoording voor de overstap op het nieuwe pensioencontract. Is de werkgever aangesloten bij een bedrijfstakpensioenfonds, dan is niet de werkgever, maar zijn de partijen die destijds de pensioenregeling overeenkwamen verplicht om zo’n transitieplan op te stellen. De hoofdlijnennotitie Pensioenakkoord beschrijft een aantal verplichte onderdelen van het transitieplan:
- Het gekozen pensioencontract. Wat er gebeurt met bestaande pensioenaanspraken en pensioenrechten, inclusief onderbouwing.
- Een overzicht van de effecten per leeftijdsgroep van de overstap op een (nieuwe) premieregeling met leeftijdsonafhankelijke premies.
- De gemaakte afspraken over de compensatie voor deze leeftijdsgroepen.
- Een financieringsplan voor de compensatie. Hierbij is kostenneutraliteit voor werkgevers en pensioendeelnemers het uitgangspunt. Bij onvoorziene omstandigheden moeten de genomen en arbeidsvoorwaardelijke besluiten opnieuw tegen het licht worden gehouden.
Instemmingsrecht medezeggenschap op pensioenovereenkomst
Volgens de hoofdlijnennotitie hebben de ondernemingsraad (OR), personeelsvertegenwoordiging (PVT) of personeelsvergadering (PV) instemmingsrecht op de wijziging van de pensioenovereenkomst als er geen vakbonden betrokken zijn bij het opstellen van de pensioenregeling. Omdat het transitieplan de verantwoording voor de overstap vormt, stuurt de bestuurder het mee als onderdeel van de instemmingsaanvraag. Het transitieplan is ook een belangrijk document voor de opdrachtaanvaarding van de pensioenuitvoerder.
Download de complete Hoofdlijnennotitie uitwerking pensioenakkoord (pdf), zodat u snel de achtergrondinformatie bij de hand heeft.