AOW-leeftijd in 2025 hangt af van pensioenakkoord
In de uitwerking van het pensioenakkoord is een totaalpakket aan maatregelen afgesproken waarmee de oudedagsvoorziening in Nederland wordt verbeterd. Onderdeel daarvan zijn afspraken over de verdere ontwikkeling van de AOW-leeftijd.
De hoogte van de leeftijd waarop iemand recht krijgt op een uitkering van de Algemene ouderdomswet (AOW), is gekoppeld aan de ontwikkeling van de levensverwachting. Als de levensverwachting met een jaar toeneemt, stijgt ook de AOW-leeftijd met een jaar. Die een-op-een-koppeling werd door velen als onhoudbaar beoordeeld. Daarom is in het pensioenakkoord afgesproken dat het kabinet de AOW-leeftijd tijdelijk bevriest en daarna minder snel laat stijgen. Een deel van de afspraak is al per 1 januari 2020 in werking getreden met de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd. In de infographic (tool) ziet u hoe de verhoging van de AOW-leeftijd er volgens de nieuwe wet de komende jaren precies uitziet.
Langzamere stijging AOW-leeftijd na 2025?
Het kabinet wil met ingang van 2025 de koppeling van de AOW-leeftijd aan de levensverwachting versoepelen. Het is de bedoeling om een jaar extra levensverwachting te vertalen in acht maanden verhoging van de AOW-leeftijd. Maar dan moet het pensioenakkoord wel worden doorgevoerd. Anders geldt nog steeds de huidige een-op-een-koppeling. Deze wijziging moet minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid nog in een apart wetsvoorstel uitwerken. Omdat het wetsvoorstel nog bij de Tweede Kamer moet worden ingediend, heeft de minister de AOW-leeftijd voor 2025 eerder al vastgesteld op basis van de huidige wetgeving: 67 jaar en 3 maanden. Als de afspraak uit het pensioenakkoord wet is geworden, is de AOW-leeftijd in 2025 67 jaar.