Hulpmiddel bij opstellen gedragscode ongewenst gedrag
TNO heeft de Handreiking gedragscode (on)gewenste omgangsvormen opgesteld. Deze handreiking helpt werkgevers bij het opstellen van een gedragscode ter voorkoming van ongewenst gedrag. Dit moet bijdragen aan een veilige en gezonde werkomgeving.
Onder ongewenste omgangsvormen vallen onder andere pesten, discriminatie, seksuele intimidatie, agressie en geweld. Dit kan bij betrokkenen leiden tot stress en lichamelijke en psychische klachten. Daarom is het belangrijk om deze vormen van gedrag op de werkvloer tegen te gaan. Eén van de maatregelen die de werkgever hierbij kan nemen, is het opstellen van een gedragscode. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wil werkgevers hierbij ondersteunen en heeft TNO gevraagd om de Handreiking gedragscode (on)gewenste omgangsvormen te ontwikkelen. De handreiking bestaat onder meer uit een stappenplan om de gedragscode op te stellen.
Draagvlak is belangrijk voor effectiviteit gedragscode
Ook geeft de handreiking praktische tips om de gedragscode zo goed mogelijk aan te laten sluiten bij de organisatie. Het is van belang om draagvlak in de organisatie te creëren. Dit kan door naast werknemers ook andere sleutelfiguren – zoals de arbo-adviseur, vertrouwenspersoon, HR-professional en ondernemingsraad – bij de totstandkoming van de gedragscode te betrekken. Verder besteedt de handreiking aandacht aan het actualiseren van de gedragscode.
Vertrouwenspersoon speelt grote rol bij tegengaan ongewenst gedrag
De handreiking richt zich op het tegengaan van ongewenste gedragsvormen van collega’s en leidinggevenden. Maar daarnaast kunnen werknemers ook te maken krijgen met ongewenst gedrag van mensen van buiten de organisatie, zoals klanten of patiënten. Voor de aanpak van ongewenst gedrag van derden heeft het ministerie op het Arboportaal eveneens werkwijzers geplaatst. Een andere mogelijkheid om ongewenste omgangsvormen tegen te gaan, is het aanstellen van een vertrouwenspersoon (tool).